Midden-Oosten dag tot dag


Dag 1 – Zaterdag 1 oktober 2022

Weer: Reisweer
Doel: Aankomen in Caïro, Egypte
Gereisd: Brussel – Caïro
Hotel: Pyramids Height, €39,00

Vlucht naar Caïro

Om 10.15 vertrekken we van huis. Het is bijna niet te geloven, maar we hebben geen, ik herhaal: GEEN file bij Antwerpen! Ondanks dat de regen er soms uitsmakt, kunnen we aardig doorrijden. Om 11.45 zijn we bij de parking. We zoeken een plekje en lopen dan met bagage naar de ingang, waar al een shuttlebus staat te wachten om iedereen naar het vliegveld te brengen. We zijn zelf automatisch ingecheckt, nu de bagage nog. Daar gaat het een klein beetje mis, want er staat groot aangegeven dat je de bagage bij de drop-off kwijt kunt. Zelf de bagage inchecken lukt niet: machine says no. Dus sluiten we aan in de rij. Die behoorlijk lang is. Zo zijn we al een behoorlijke tijd bezig met wachten, om er dan achter te komen dat dit helemaal onze rij niet is…


Vliegveld Zaventem

Iets met Suske & Wiske

Oeps. Dit is een rij voor vluchten met Brussels Airlines. Wij vliegen met Egyptair. En dat is natuurlijk een andere rij. Dus verlaten we deze en sluiten aan in een andere rij. Die is gelukkig korter dan de rij waar we uitkomen. En minstens twee keer zo langzaam. Dat is nou ook jammer. Het is inmiddels ruim twee uur geweest, als we eindelijk de bagage hebben afgegeven. Nu fingers crossed dat er geen giga rij bij de security staat. Nee natuurlijk niet, we zijn niet op Schiphol! Serieus, we kunnen meteen doorlopen. Spullen op de band, zelf door de scan en voilà. Om het toch een beetje spannend te maken, laat Andy zijn telefoon in de bagagebak liggen. Gelukkig werd die meteen afgegeven bij de beveiliging en kan hij hem direct weer ophalen.


Onze bolide van Egyptair

Steegje bij ons hotel

Dan op zoek naar onze gate. Die wordt over een half uurtje bekend gemaakt, we wachten even. Bij de gate blijkt dat ons vliegtuig vertraagd is. Als hij er is, mogen mensen met handtassen – waar ook rugzakken onder vallen – eerst, dan de mensen met trolleys. Geen idee waarom, maar wij vinden het prima, aangezien wij rugzakken hebben. Het is een volle vlucht, we hebben een buurman. En om ons heen drie krijskinderen. Gauw dus de koptelefoons opzetten! We vertrekken met een half uur vertraging, maar komen slechts vijf minuten later aan. Ik vraag me altijd af hoe ze dat flikken; harder vliegen? Kost ook meer brandstof. Maar dat weegt misschien op tegen de boetes voor niet op tijd aankomen en vertrekken.


Plein bij ons hotel

Hoofdstraat in Giza

Tijdens de vlucht krijgen we formulieren uitgereikt die we moeten invullen en bij aankomst met het paspoort moeten afgeven. Als we geland zijn, gaan we op zoek naar de bagageband. Oh wacht: we zijn in Egypte aangekomen, land #71: check! Dan de bagage. Dat duurt best lang, voor die eraan komt. Andy raakt aan de praat met een Tunesische man, die in België woont en in Egypte een fabriek heeft. Hij vertelt dat bagage hier altijd een eeuwigheid duurt. En hij waarschuwt ons nog voor het eten hier, want wij Europeanen kunnen niet tegen het Egyptische water. Dus geen rauwe, gewassen groenten eten en het liefst alleen gegrild eten. Net als in Indonesië dus. We zijn blij met de tip, want daar hadden we zelf niet bij stilgestaan.


Uitzicht dakterras hotel

Geen slecht uitzicht!

Terwijl we nog wachten op de koffers, ga ik vast geld pinnen. En als de koffers er dan eindelijk zijn, kunnen we naar buiten, op zoek naar onze chauffeur. Die staat al te wachten, met mijn naam op een briefje. We volgen hem naar de auto en dan rijden we naar Gizeh, waar ons hotel is. Dat de chauffeur niet meteen kan vinden. Na een paar pogingen staan we dan toch voor de deur. We bedanken de chauffeur met vijftig pond fooi en gaan inchecken. Onze kamer is redelijk. We hebben wel eens slechter gehad, maar ook vele malen beter. Nou ja, we doen het er de komende drie nachten mee. We hebben immers allemaal excursies geboekt en die halen ons bij het hotel op. Liever maar niet wijzigen. Als we een beetje geïnstalleerd en bijgekomen zijn, is het zomaar elf uur geweest. Tijd om te gaan slapen, na deze lange en vermoeiende dag.


Dag 2 – Zondag 2 oktober 2022

Weer: Erg warm, 37c
Doel: Mokattam area
Gereisd: Per auto door Caïro
Hotel: Pyramids Height, €39,00

Caïro

Er is van acht tot tien ontbijt op het dakterras. Met… uitzicht op de piramides! Raar hoor, dat je zo naar dit klassieke wereldwonder staat te kijken. Het ontbijt is uitgebreid en veel te veel. Yoghurt, broodjes, gebakken ei, worstjes, fruit, fruitdrank, koffie, etc. Niks op aan te merken. Na het ontbijt maken we ons verder klaar voor de dag. Vandaag worden we om tien uur opgehaald voor onze eerste echte kennismaking met Egypte en Cairo. Tegen tienen gaan we naar buiten en lopen naar voren, naar de hoofdweg, om te wachten op onze chauffeur en gids. Tijdens het wachten word ik door een paar mannen aangesproken. Als ik zin heb, mag ik wel even in hun winkel kijken of een kopje thee komen drinken. Och, dat hoeft niet. Ze zijn gelukkig niet zo opdringerig als ik had verwacht. Ik heb daar veel negatieve verhalen over gelezen, maar vind het best mee vallen. Het is eigenlijk wel gezellig.


Caïro

Cave Churches

Na twintig minuten wachten is er nog geen auto te bekennen. Ik ga maar eens naar de receptie van ons hotel, misschien dat ze kunnen bellen naar de tourorganisatie. Op het nummer dat ik heb, wordt niet opgenomen. Ik zoek de website van de organisatie op. Daar staat een ander telefoonnummer. Dat het niet doet. Hmm. Wacht, er is ook een chatfunctie. Waar niet op wordt gereageerd. We gaan nog maar eens bij de weg kijken. Nee, geen auto. Tja, wat zullen we doen? Net als we besluiten deze excursie bij het hotel te boeken, wordt er gereageerd op mijn chat. Ik geef het telefoonnummer van het hotel door en zo bellen we met elkaar. Sorry, sorry, ze waren onze reservering kwijtgeraakt. Maar over twintig minuten komt een gids en chauffeur, met flesjes water en fruit. Vooruit maar dan. We hebben immers al betaald voor deze excursie.

Na nog eens drie kwartier komt er inderdaad iemand opdagen: de gids. Die verontschuldigt zich ook nog een keer en dan gaan we op pad. Het is inmiddels 11.30, anderhalf uur later dan we oorspronkelijk zouden vertrekken. Het is dus maar goed dat het een excursie voor een halve dag is. De excursie is niet de geijkte Caïro-excursie. We gaan vandaag namelijk naar Koptisch Caïro. Hoewel Egypte een hoofdzakelijk islamitisch land is, woont er ook een gemeenschap Koptische christenen. Zij wonen vooral in Mokattam. Dat is een gebergte en in dat gebergte zijn kerken gebouwd, de Cave Churches. Die gaan we als eerste bekijken. Het is zo’n drie kwartier rijden. Op weg ernaartoe komen we door Garbage City, wat ook op de excursielijst staat. Daarover straks meer.


St. Simon church

Heel oud Mariabeeld

Bij de toegang tot de Cave Churches is een soort controlepost, waar we ons even moeten melden. De gids dan, wij blijven lekker zitten. We rijden naar het parkeerterrein, waar onze gids op zoek gaat naar een andere gids. Die weet blijkbaar meer van de grotkerken, hij is hier zelf namelijk al vijf jaar niet geweest. Oh okay. De nieuwe gids is een aardige dame, die ons meeneemt naar de grote open St. Simon kerk. De kerk is gigantisch, er is plek voor maar liefst 20.000 mensen. Deze kerk is half in de berg gebouwd, het spreekgedeelte in een grot en de zitplaatsen tegen de bergwand omhoog. Daardoor heeft het veel van een amfitheater. Of een mooie concertzaal.


St. Simon church

St. Simon church

Het is best indrukwekkend. In deze buurt zijn in totaal zeven kerken gebouwd, waarvan we er nog eentje gaan bekijken: St Marks church. Die wordt ook wel de winterkerk genoemd, omdat deze zich volledig in een grot bevindt. Fijner in de winter. Hij is wel een stukje kleiner dan die van St. Simon: deze biedt plaats aan 2.000 gelovigen. In en om de grotkerken heeft een Poolse kunstenaar allerlei beelden gemaakt. Daar is hij in 1995 mee begonnen en hij is er nog steeds mee bezig. Hij is enorm productief. Daarom noemen ze hem hier Super Mario. De beelden vertellen verschillende Bijbelse verhalen.


Winterkerk St. Mark

Winterkerk St. Mark

Als we zijn uitgekeken bij de kerken, nemen we afscheid van de vrouwelijke gids met 100 pond donatie voor de kerken. Dan rijden we door Garbage City. Daar kwamen we op de heenreis ook al doorheen en nu rijden we er weer door terug. We krijgen te horen dat we niet uit de auto mogen en dat we de ramen gesloten moeten houden vanwege de stank. Dat vinden we best een beetje vreemd, want een bezoek aan Garbage City is onderdeel van deze excursie. We hadden dan ook verwacht hier meer tijd door te zullen brengen. En we hadden verwacht meer te leren over het hoe & wat van Garbage City. Blijkbaar niet.


Winterkerk St. Mark

Winterkerk St. Mark

De gids vraagt of we nog iets willen doen. Uhm, ja: naar de City of the Dead. Hij zegt dat dat niet mag. Dat vinden we raar, want het is het laatste onderdeel van deze tour. Hij belt even. Oh, we kunnen er wel doorheen rijden, maar niet uit de auto en niet filmen of fotograferen, want dan pakken ze de camera’s af. Huh? We rijden ernaartoe en rijden door de wijk, maar zien niet zo heel veel. Wel allemaal vriendelijke mensen, die vriendelijk groeten. De gids vraagt of we Egyptische koffie willen. Nou, eigenlijk zat er een lunch bij deze tour. En de beloofde flesjes water (die sowieso al onderdeel waren) hebben we ook nog niet gekregen.


Winterkerk St. Mark

Winterkerk St. Mark

We zeggen dat we wel teleurgesteld zijn, want zo hadden we ons de tour niet voorgesteld. Niet alleen qua inhoud, maar ook qua tijd. Het is nu half twee, we zijn net twee uur bezig voor een halve dag tour. Ik vind niet dat we waar voor ons geld krijgen. De gids gaat overleggen met de manager. Die zegt later naar ons hotel te komen om het op te lossen. Wij zijn er inmiddels wel klaar mee en laten ons terug naar het hotel brengen. We geven de jongens nog wel 100 pond fooi, want het kerk-deel en vervoer was verder wel prima. Gaan wij eerst eens afkoelen, want het is hier bloody hot: 37 graden maar liefst. En het is vandaag racedag in de Formule 1. Andy heeft een VPN-abonnementje genomen, zodat we hier ook de F1 kunnen kijken.


Winterkerk St. Mark

Winterkerk St. Mark

Gedurende de race neemt de manager van het tourbedrijf via WhatsApp contact op. Hij komt later inderdaad naar ons hotel. Ik vertel van onze ervaringen en kom erachter dat dit heel anders had moeten lopen. We hadden er wel degelijk uit gekund in Garbage City, om meer te leren over de mensen en het leven daar. City of the Dead is een ander verhaal, daar is het niet per se veilig, maar er was wel een plek in de buurt waar we iets van graven hadden kunnen zien. De gids heeft duidelijk een grote steek laten vallen. Ook dat hij zei al vijf jaar niet in de Cave Churches te zijn geweest en nog maar een keer in City of the Dead. Aangezien het zijn werk is, had hij hier als gids over moeten kunnen vertellen.


Garbage City

Garbage City

Anyhow, de man biedt aan dertig dollar terug te betalen. Prima. En hij wil graag drinken voor ons halen, want hij heeft een winkel verderop. Of ik even meeloop. Uhm, Andy weet eigenlijk niet dat ik weg ben, want die deed net een tukje… Het is om de hoek, dus zo gebeurd. Okay, dan loop ik wel even mee. In de winkel pakt hij water en frisdrank en koekjes en snoepjes voor me. We lopen weer terug, waar een bezorgde Andy zo te zien al wakker is. Die vroeg zich natuurlijk af waar ik in vredesnaam uithing en had de receptie al laten rondbellen. Niets aan de hand, ik ben er weer, met eten en drinken en dertig dollar op zak.


City of the Dead

City of the Dead

Goed, kunnen we nu weer verder met de vakantie. Het is inmiddels tijd voor avondeten. We hebben niet zo’n zin erop uit te gaan. Het hotel heeft ook een restaurant en roomservice. Net zo makkelijk. We bestellen kofta en rijst. Om de een of andere reden duurt het anderhalf uur en drie keer vragen voordat dat wordt bezorgd. En dat het nou superlekker is… Nou ja, het vult.

Morgen hebben we weer een tour. Gezien de ervaring van vandaag, check ik even of alles in orde is. Niet dat ze ons weer vergeten. Nee, komt goed. Mooi. We rommelen nog wat aan tot het tijd is om te slapen.


Dag 3 – Maandag 3 oktober 2022

Weer: Warm, 35 graden
Doel: Museum, Bazaar, Citadel & Garbage
Gereisd: Per auto door Caïro
Hotel: Pyramids Height, €39,00

Citadel van Caïro

We worden ook vandaag om tien uur opgehaald, we gaan weer op tijd ontbijten. We krijgen ongeveer hetzelfde als gisteren, helemaal prima. Keurig op tijd is onze gids Nirmeen er, met auto en chauffeur. We gaan meteen op pad, naar het Egyptisch Museum. Wie ons een beetje kent, weet dat we niet zo van de musea zijn. Of het moet een rariteitenmuseum zijn. Deze heeft echter het masker van Toetanchamon en we vinden dat we dat wel moeten zien. Vandaar een museum op het programma.


Egyptisch Museum

Papyrus en lotus

De chauffeur rijdt ons naar centrum Caïro en zet ons netjes bij het museum af. Hier leidt Nirmeen ons rond. Voor we naar binnen mogen, moeten we door de beveiliging. Tassen door de scan en dan door, naar de ticketkiosk. De kaartjes zijn inclusief bij de excursie, maar normaal moet je extra betalen als je een camera meeneemt. Tenminste, voor zo’n apparaat als ik heb. Nirmeen gaat het vragen. Neu, is wel goed. Nou, dat is mazzel! Anders had ik 200 pond – een tientje – extra moeten betalen.


Egyptisch Museum

Die staat op het geld!

Nirmeen neemt ons mee door het museum en vertelt over de geschiedenis van Egypte, met de koningen en de dynastieën. Ze vertelt erg leuk en ik schiet regelmatig in de lach. Bijvoorbeeld als ze vertelt over Toetanchamon. Dat is wel de bekendste farao, maar eigenlijk heeft hij niet zoveel gepresteerd. Hij is ook maar 19 jaar oud geworden, dus veel tijd om iets fantastisch te doen, heeft hij niet gehad. Doordat zijn graftombe zo compleet is gevonden, is hij zo bekend geworden.

Nirmeen vertelt ook over koning Mentuhotep Nebhebet Ra. Die naam gooit ze er zo even uit, we liggen in een deuk. Andy laat het haar een paar keer zeggen en schiet telkens in de lach. Luister zelf maar:

Later blijkt trouwens dat de chauffeur het ook niet kan uitspreken. Goed, we lopen door het museum en Nirmeen vertelt van alles. We komen bij het deel waar de vondsten uit de tombe van Toetanchamon zijn uitgestald. We zien de kist waarin zijn ingewanden werden bewaard. En de kist waarin de kist met de ingewanden werd bewaard. Tja, voor het mummificeren werd zo’n lichaam helemaal leeggehaald.


Egyptisch Museum

Egyptisch Museum

Dan is er een apart gedeelte waar de sarcofaag en het masker van Toetanchamon liggen. Je mag er absoluut geen foto’s maken en daar wordt ook streng op toegezien. Flauw hoor. We hebben niet zo’n behoefte ook over de Grieken en Romeinen te horen, dus verlaten we het museum. Voor de ingang komt de chauffeur er al aan om ons naar het volgende doel te brengen: de citadel. Dat is een fort en stamt uit de twaalfde eeuw. De opdrachtgever voor de bouw van dit complex was ene Saladin, destijds de sultan van Egypte en Syrië. Het was een work in progress: latere heersers van Egypte hebben dingen toegevoegd of gewijzigd.

Zo bouwde Mohammed Ali er een moskee, die nu groots en indrukwekkend bovenop de berg uitkijkt. Het lijkt veel op de Blauwe Moskee in Istanboel. Die stond dan ook model voor deze, want Mohammed Ali was fan van die bouwstijl. Wij gaan het complex bekijken. Om er te komen, moeten we enigszins bergop lopen. Dan naar de moskee zelf, die we ook van binnen mogen bekijken. Daar had ik rekening mee gehouden qua kleding. Sowieso is Egypte hoofdzakelijk islamitisch en conservatief, dus ik heb keurig een jurk met een mouwtje aan en een capri eronder, zodat mijn knieën ook bedekt zijn.


Ergens in Caïro

Ergens in Caïro

En ik heb een sjaal om, waarmee ik gemakkelijk mijn haar kan bedekken. Volgens Nirmeen hoeft dat niet per se, er zijn genoeg bezoekers die dat niet doen. Ik vind dat je respectvol moet zijn in het land waar je te gast bent, dus doe ik mijn hoofddoek op. Dat waardeert ze. Om de moskee in te mogen, krijgen we trouwens plastic hoesjes om onze schoenen. Dat is fijn, dan hoeven ze niet uit. Dat is namelijk ook gebruikelijk in een moskee, dat schoenen bij de voordeur blijven staan. We bewonderen het complex met de moskee. Dat is niet het enige mooie hier: het uitzicht op Caïro is ook geweldig!


Citadel van Caïro

De moskee

Als we zijn uitgekeken, lopen we terug naar de ingang. Nirmeen belt de chauffeur en die komt ons netjes ophalen. Volgende stop: lunch. Dat is inclusief, we moeten alleen het drinken zelf betalen. We worden naar een Frans restaurant gebracht. Tenminste, de naam is Frans: Bonne Soiree. De keuken is internationaal. Het is een buffetrestaurant, waar zo te zien meer toeristen, die net bij de citadel zijn geweest, naartoe worden gebracht. We herkennen er tenminste een paar. Nirmeen en de chauffeur eten in een andere zaal, met de andere gidsen en chauffeurs. Wij lopen langs het buffet. Er is een aardige keuze.


Citadel van Caïro

Citadel van Caïro

Als we vol zitten, zoeken we de auto op en rijden naar Garbage City. Ja, gisteren viel zó tegen en we hadden hier juist naar uitgezien. Dus vroegen we Nirmeen vanochtend of we in plaats van naar de bazaar, naar Garbage City kunnen. Dat kan, als we dertig dollar extra willen betalen. Dat willen we wel. We zagen namelijk een reportage van Tom Waes, de Belgische reisjournalist, waarin hij Caïro en Garbage City bezoekt. Zo kwamen we op het idee van de excursie gisteren. Aangezien die in het water viel, gaan we vandaag voor de herkansing. We rijden door het hart van deze bijzondere stad.

Garbage City is de plek waar de Zabbaleen wonen. Zabbaleen betekent letterlijk “garbage people” oftewel: vuilnismensen. De Zabbaleen komen uit het zuiden van Egypte, het arme gebied waar geen werk is. Op zoek naar werk en inkomsten, trokken ze in de jaren 60 naar het noorden en naar Caïro. Zonder opleiding konden ze ook daar niet aan werk komen. Nu was er in Caïro en omstreken geen vuilophaaldienst. De Zabbaleen zagen daarin een kans en begonnen het vuil op te halen. Dat namen ze mee naar Mokattam, waar ze een hele wijk op en om het afval bouwden. Want ook Garbage City was er nog niet, het hele gebied was woestijn.

Het afval bevindt zich letterlijk in hun straten en huizen. Daar sorteren ze het en recyclen maar liefst 80% van al het afval. Daarmee zijn zij de beste en meest efficiënt in het recyclen in de wereld. Het gesorteerde afval wordt doorverkocht voor verdere verwerking. Wat niet gerecycled kan worden, wordt opgevroten door de varkens. Terwijl de mannen het vuil verzamelen, zitten de vrouwen en kinderen er middenin, om de boel te sorteren. Vrachtwagentjes met afval rijden af en aan door de smalle straten. Elke dag verwerken ze zo 15.000 ton per dag. En dat doen ze voor een habbekrats. Maar blijkbaar kunnen ze er toch van leven.


Uitzicht met piramides

Uitzicht  op de stad

Wij stoppen in de wijk en stappen uit de auto. Ik moet zeggen dat de lucht me erg meevalt, ik dacht dat het hier veel meer zou stinken. Er zijn wel veel vliegen, maar die lijken meer geïnteresseerd in het afval dan in ons. Gisteren vertelde de gids dat je hier niet kunt rondlopen met camera’s, dat men dan boos zou worden en camera’s af zouden pakken. Nou, helemaal niet dus! We lachen vriendelijk naar de mensen, zwaaien naar ze en we krijgen glimlachen van oor tot oor terug. Twee gozertjes van de plastic verbrandingsfabriek komen naar buiten en als ik gebaar met mijn camera, poseren ze samen breed lachend.

Nirmeen zegt wel dat als wij niet zouden lachen en zwaaien, de mensen nors zouden zijn. Logisch, want ze zijn gewend dat anderen op hen neer kijken, omdat ze afval verwerken. Nou, ik heb respect voor ze hoor! Dat ze zo kunnen leven en hard werken, het vuile werk van de stad opruimen en afval scheiden in plaats van alles op een hoop verbranden, vind ik alleen maar bewonderenswaardig. Als we zijn uitgekeken, rijden we verder. Nirmeen denkt dat we ook de Cave Churches willen zien. Dat hoeft niet, dat bekeken we gisteren al uitgebreid. Dus draaien we om, terug door de afvalstad en eruit.

Nu gaan we naar de Khan El-Khalili bazaar. Dat is een kleine verrassing, want we dachten dat we die moesten overslaan vanwege Garbage City. Blijkbaar past het ook gewoon nog in het programma. We hadden van tevoren al tegen Nirmeen gezegd dat we niet van plan zijn iets te kopen. We willen graag rondkijken, foto’s maken. Oh, een kopje koffie gaat er inderdaad ook wel in. Nirmeen loodst ons langs alle verkopers. Je ziet hier wat je in de meeste Arabische bazaars of souks ziet aan koopwaar. Neemt niet weg dat dat vaak een mooi gezicht is. We eindigen bij een tentje waar we koffie en thee drinken en gezellig met Nirmeen kletsen.

Dan wordt het tijd de uitgang op te zoeken en onze chauffeur te bellen. Die staat al te wachten en kijkt naar ons uit, kijkend naar de verkeerde straat. Hij heeft niet meteen in de gaten dat we al voor hem staan en dat Nirmeen en ik hem nadoen, zoals hij al kijkend aan zijn baardje plukt. We schieten in de lach. Dan stappen we in en is het tijd voor de terugreis. Het is inmiddels vier uur, we hebben er een mooie dag op zitten. Bij ons hotel nemen we afscheid van Nirmeen en de chauffeur, hen hartelijk dankend voor de erg fijne dag die we hadden. We geven 300 pond fooi en beloven een goede review achter te laten online. Want mede dankzij Nirmeen hebben we een geweldige dag gehad.

Op onze kamer nemen we eerst een kopje koffie, voor we erop uit gaan voor het avondeten. Vlakbij zit, je raadt het niet, Restaurant Pyramid. Die heeft goede recensies. We bestellen allebei een mixed grill. We krijgen natuurlijk veel teveel: soep vooraf, brood, salade, gegrilde groentes. En dan moet het hoofdgerecht nog komen: drie soorten vlees en rijst. We kunnen het niet allemaal op. We betalen 440 pond – 490 inclusief fooi. Dat is omgerekend €25,-. We wandelen terug naar ons hotel. Eerst even de warme dag van ons afspoelen. Dan alvast inpakken voor morgen, want morgen reizen we weer verder. Nu nog wat relaxen en lekker slapen.


Dag 4 – Dinsdag 4 oktober 2022

Weer: Heet, 37 graden
Doel: Piramides, Sfinx & Beirut
Gereisd: Per auto en vliegtuig
Hotel: Beverly Hotel, €62,70

Vlucht van Caïro naar Beirut

Vandaag hebben we om negen uur een excursie, dus moeten we een uur eerder klaar zijn dan de vorige dagen. Geen probleem, we zijn op tijd wakker en net na acht uur schuiven we op het dakterras aan voor het ontbijt. Dan pakken we de laatste spullen in, want na onze excursie vandaag worden we op het vliegveld afgezet. We moeten dus ook meteen uitchecken. We gaan tegen negen uur naar beneden en zien tot onze verrassing Nirmeen, de gids van gisteren. Zij is ook vandaag onze gids. De chauffeur is wel iemand anders.


Piramides!

Die in Gizeh

Al onze bagage wordt ingeladen en we gaan op weg naar… de piramides. Ja, daar zijn we dus nog niet geweest, we hebben ze expres tot het laatst bewaard. Je kunt je namelijk geen uren vermaken bij de piramides. Nou ja, tenzij je ook die van Dashur en Sakkara meepakt. Dat leek ons wat overdreven. Tenslotte zijn het alleen maar grote bergen steen… In Gizeh staan drie grote piramides, van drie koningen. Er staan ook kleintjes naast, die waren voor de vrouwen van de koningen. Nu we ze van dichtbij zien, zijn ze toch wel erg indrukwekkend.


Piramide van Cheops (aka Khufu)

Piramide van Cheops (aka Khufu)

We zijn trouwens blij dat we eerst naar het Egyptisch museum zijn geweest. Zo weten we al het een en ander over de farao’s en vallen er nu kwartjes op hun plaats. Ah, de grote piramide voor de kleine koning Cheops. Tenminste, het enige dat ze van deze farao vonden, was een minuscuul beeldje. Dat beeldje is tentoongesteld in het Egyptisch museum en zagen we gisteren. Zijn piramide is qua grootte een stuk indrukwekkender! We bekijken de piramides onder een nu al flink brandende zon. Hoewel het vandaag minder warm zou worden, is het toch al errug heet. Er is ook nauwelijks schaduw, dus geen ontsnappen aan die zon.


Piramides

Piramide van Chefren

Je kunt de piramide van Cheops trouwens ook van binnen bekijken, tegen extra betaling. Ik heb daar beelden van gezien en moet zeggen dat dat me weinig aansprak. Als je dan ein-de-lijk bovenin die piramide bent, zie je… Niks. Nou ja, een lege, betonnen bak, waar (denk ik) ooit de sarcofaag in zat. Nee, die slaan wij even over. We lopen langs de twee grote piramides die het dichtst bij elkaar staan. Dan rijden we naar een uitzichtpunt, waar je de zes piramides bij elkaar ziet, met op de achtergrond de skyline van Gizeh en Caïro. Er lopen veel verkopers rond, maar niet zo opdringerig als waar we bang voor waren. Nirmeen houdt er ook flink wat tegen voor ons en bij de rest is het niet aankijken, met je hand nee wuiven en doorlopen.


Kleine piramides

Nog wat ouwe stenen

Ook wordt er niet om fooi gebedeld, zoals wel was voorspeld. Nou ja, er zijn er ook niet veel die iets voor ons doen, want we hebben natuurlijk onze eigen gids en chauffeur.  Bij het uitzichtpunt lachen we om al die malle toeristen die in de “kijk, ik hou een piramide vast”-pose staan. Als we zijn uitgekeken, zoeken we de chauffeur op. Die rijdt ons nu naar de Sfinx. Ja, die heb je hier ook nog. We wandelen er langs de souvenirstands naartoe. Dan zien we het bekendste plaatje van Egypte: de Sfinx met de piramides op de achtergrond. We kunnen nog dichterbij komen. Andy gelooft dat wel, hij heeft een plekje in de schaduw gevonden vanwaar hij de Sfinx prima kan zien.


Piramide van Cheops (aka Khufu)

Piramide van Cheops (aka Khufu)

Nirmeen en ik wandelen er naartoe. Ze vertelt het verhaal van de Sfinx, naast de grapjes die we samen maken. Je kunt wel zeggen dat we het goed kunnen vinden samen, want we hebben ook vandaag weer veel lol. Om vlakbij de Sfinx te komen, moeten we het Sfinx-complex binnen. Daarvoor moet ik mijn entreekaartje laten zien. Ja, die heeft Andy, want ik heb geen tas bij me en geen broekzakken. Of jurkzakken, aangezien ik een jurk aan heb. En ik heb Andy niet bij me, die zit verderop in de schaduw. Nirmeen gooit haar charmes in de strijd. Vooruit, we mogen naar binnen. Maar niet verder vertellen! Is goed. We wandelen rustig langs de Sfinx. Ook al erg indrukwekkend, om het in het echt te zien.


Andy en Nirmeen, onze gids

Ans & Jans

Dan weer terug naar Andy, die nog steeds prima in de schaduw zit. We wandelen naar de auto en dan gaan we verder. We zijn uitgekeken bij de piramides. Want zoals ik al zei, kun je je daar maximaal een halve dag vermaken. Onze vlucht gaat pas om 5 uur, we hebben alle tijd van de wereld. Nirmeen laat ons nog even stoppen bij een winkeltje, ik denk van een vriend. Wij zijn niet van plan iets te kopen, maar kijken uit beleefdheid een beetje rond. Dan stoppen we ook nog bij een papyruszaak. Papyrus is erg belangrijk in Egypte. Het werd zo’n 5.000 jaar geleden al gebruikt om papier van te maken. Of in elk geval iets dat beschrijfbaar is.


Piramides & uitzicht

Piramides & uitzicht

De kunst van het papier maken van papyrus wordt hier nog steeds uitgeoefend, nu voor commerciële doeleinden. Zoals in dit zaakje. We laten ons vertellen hoe papyruspapier wordt gemaakt. Best simpel eigenlijk. Naderhand kan er van alles op geschilderd worden. Zoals het verhaal van Egypte, de Egyptische kalender of de levensboom. We kunnen ook onze naam in het Arabisch op laten schrijven. Dat hoeft niet hoor. Ondertussen heeft Nirmeen koffie en thee voor ons geregeld. Even een momentje van rust met een drankje en in een koele ruimte leek haar wel een goed idee. Vinden wij ook wel. We hoeven niets te betalen, Nirmeen rekent zelf onze drankjes even af. Nou, dank je wel!


Typische arabier

Typische… wacht, verkeerd land…

Dan zit onze halve dag excursie er alweer op, we worden naar het vliegveld gebracht. Maar eerst nemen we afscheid van Nirmeen. Zij stapt hier uit, het heeft voor haar weinig zin mee te rijden naar het vliegveld. We nemen hartelijk afscheid, ze was een erg leuke en informatieve gids. We geven haar en de chauffeur gezamenlijk 200 pond fooi, dat ze samen verdelen. Door de drukte van Caïro rijden we verder en komen rond twee uur bij het vliegveld aan. We bedanken ook de chauffeur en gaan naar binnen. Voordat we naar de gates kunnen, wordt de bagage al gecontroleerd. Ze willen onze boardingpassen zien. Oeps, die staan op onze telefoons, die in de tassen zitten die nu door de scan gaan…


Camelto…

Chillen bij de piramides

We mogen ze laten zien als we zelf door de controle zijn geweest. Gelukkig. Dan mogen we door, naar de incheckbalies. We geven de koffers af en krijgen uitreispapieren, die we moeten invullen. Dat doen we en dan door de douane, voor een uitreisstempel. Dat gaat ook best vlot. We lopen recht op een foodcourt af. Mooi, want we hebben best honger. Er is niet veel keuze, we nemen allebei een pizzapunt en drinken. Kost uiteraard een godsvermogen op zo’n vliegveld. Nou ja, voorlopig kunnen we er wel even tegen. Dan naar onze gate. Daar moeten we een uurtje of twee wachten tot onze vlucht gaat boarden. Oh ja, want we vliegen vandaag naar Beirut, Libanon. De vlucht is behoorlijk vol en vertrekt met vertraging.


Piramides & Sfinx

Piramide & Sfinx

Het is nog geen anderhalf uur vliegen en ik heb niet zo goed opgelet hoe laat we landen. Dat is: landen in land #72! Tijdens de vlucht krijgen we trouwens een lunch van brood, beleg en cake. Netjes hoor. Bij aankomst zijn we een beetje in de war, want veel passagiers vullen formulieren in en gaan in een rij staan, anders dan die voor de douane. We gaan maar even vragen. Oh, is niet voor ons, wij kunnen door naar de douane. Dus dat doen we. De streng kijkende beambte wil weten waar we slapen. Het Beverly Hotel. Prima, we krijgen een stempel en mogen door. Bij de bagageband komen onze koffers al voorbij, we kunnen al snel naar de uitgang. Daar zien we een oud mannetje met mijn naam op een stuk papier. De chauffeur van de taxi naar het hotel.

Voor we gaan, willen we graag geld pinnen. Anders kunnen we de beste man geen fooi geven. De eerste ATM weigert geld te geven. Ik loop naar boven waar nog een ATM is. Die heeft er ook geen zin in, niet met bankpas en niet met creditcard. Dan maar naar het hotel, misschien dat we daar een fooi kunnen regelen. Vlakbij ons hotel is ook een ATM. Die doet het niet. We rijden door naar ons hotel, waar we gelukkig geld kunnen lenen voor de fooi. Hoeveel hadden we gedacht? Uhm, 5.000 Libanese pond? Nou, dat is wat weinig… We horen hoe het zit met het geld hier. Het gaat namelijk niet zo best met Libanon en het geld is enorm in waarde gekelderd. Die 5.000 was toen ik het opzocht ongeveer €3,50 waard. Nu nog maar 30 cent of zo.


De Sfinx

De Sfinx

Oeps, dat was een belediging geweest, als we dat hadden gegeven! We krijgen een briefje van 100.000 om te overhandigen, dat heeft nu ongeveer dezelfde waarde als een paar weken geleden het briefje van 5.000. Zo te zien is de chauffeur er tevreden mee. Later lezen we dat er door de waardevermindering problemen zijn om contant geld van de bank te halen. Dat wilden de Libanezen natuurlijk als eerste doen, toen het geld kelderde: zoveel mogelijk dollars opnemen om hun zuurverdiende geld veilig te stellen. Maar dat zou helemaal een klap zijn voor de economie, dus mogen ze maximaal 300 US dollar per dag opnemen. Als de automaat niet leeg is. Of de bank gesloten.


Caïro en duiventorens

Caïro en duiventorens

Ik weet niet hoe het kan, maar van heel deze ellendige situatie in Libanon had ik voor onze reis weinig meegekregen. Dat terwijl het vorige maand nog nieuws was dat iemand een bank in Beirut heeft “overvallen” om haar eigen geld op te kunnen nemen, om een ziekenhuisrekening te kunnen betalen. Een trieste situatie. Het verklaart ook waarom we geen geld konden pinnen. Volgens de receptionist is het wel het beste contant te betalen. Betaal je met creditcard, heb je kans dat men je tegen de oude koers laat betalen en dan word je aardig opgelicht. Okay, maar hoe komen we aan contant geld? Als een ATM niet werk, dan kunnen we geld over laten maken naar een Western Union, kunnen we het daar contant krijgen.


Vliegveld Caïro

Skyline Beirut

Dat zoeken we dan morgen wel uit. Nu verder met inchecken. We betalen voor drie nachten en boeken voor morgenvroeg ontbijt bij. Dat wordt op de kamer gebracht. Geen idee waarom, waarschijnlijk nog een overblijfsel uit de corona periode. Dan gaan we naar onze kamer. Die is helemaal prima, hoewel de badkamer een beetje klein is. We rommelen wat aan, gaan lekker douchen en dan slapen. Het is hier een uur later dan in Egypte en opeens is het al half twaalf geweest.


Dag 5 – Woensdag 5 oktober 2022

Weer: 27c, voelt als 30+
Doel: Beirut verkennen
Gereisd: Lopend door de stad
Hotel: Beverly Hotel, €62,70

Skyline Beirut

Stom, we hadden om acht uur ontbijt besteld, maar waren vergeten dat het hier een uur later is dan in Egypte. Ik word net op tijd wakker om snel een broek aan te schieten, voor de meneer met het ontbijt voor de deur staat. Wat stipt om acht uur is. Het is een uitgebreid Libanees ontbijt. We zijn niet van alles dat erbij zit, fan. Ach, dat heb je wel eens. Als we helemaal wakker en gewassen zijn, gaan we Beirut verkennen.


Corniche Ain Mreisse

Corniche Ain Mreisse

Oh nee, eerst dat geld regelen. We vragen bij de receptie wat we het beste kunnen doen. We hebben dollars en euro’s, kunnen we daarmee betalen? Nou, we kunnen het beter wisselen naar Libanese pond. Waar? Hiernaast bij de buren, daar zit een wisselkantoor. Well, that is easy! We waren bang dat het een heel gedoe zou zijn, maar we kunnen gewoon een deur verder geld wisselen. Heel toevallig hebben we extra euro’s meegenomen.

Dat doen we eigenlijk nooit, maar nu bedachten we op het vliegveld dat we toch wat extra cash mee wilden nemen deze keer. En dat is dus maar goed, want nu kunnen we tenminste geld wisselen. We beginnen met vijftig euro en krijgen daar 1,8 miljoen Libanese pond voor terug. Klinkt veel, maar is.. nou, €50,-. Met dat geld op zak wandelen we richting de corniche. Want Beirut ligt aan het water. Aan de Middellandse Zee, om precies te zijn.


Marktje in Beirut

In de rij voor je geld

Als je een beetje je best doet, zie je Cyprus liggen. We zien al snel de gevolgen van die andere ramp die Libanon trof: de explosie in de haven. Ja, of de economische crisis nog niet erg genoeg was, kwam deze ramp er in 2020 nog eens overheen. Het verhaal is bijzonder. In 2013 was een schip met ammoniumnitraat onderweg van Georgië naar Mozambique. Ammoniumnitraat wordt gebruikt als kunstmeststof, maar ook om explosieven voor de mijnbouw te maken. Geen lekker goedje.

Het schip kreeg onderweg motorproblemen en legde daarom aan in Beirut. De havenautoriteiten controleerden het schip en concludeerden dat het niet zeewaardig was. Er kwam een verbod om verder te varen. Van de negen bemanningsleden werden er vijf gerepatrieerd. De andere vier bleven over, om voor het schip te zorgen. De eigenaar van het schip ging bankroet en gaf het schip op, de koper in Mozambique wilde de vracht niet meer.


Ambassades-buurt

Moskee in de verte

Daar lag de boot, zonder eigenaar of koper, met vier bemanningsleden aan boord. Die mochten er niet af, vanwege immigratieregels. Na een jaar kregen ze eindelijk toestemming de boot te verlaten. Daar lag alleen nog steeds die boot voor de kust, met dat niet zo lekkere goedje aan lading. Op last van een rechter werd het ammoniumnitraat aan wal gebracht en opgeslagen in een hangar. Daar bleef de vracht zes jaar liggen, tot die vreselijke dag in augustus 2020.


Nog veel beschadigd

Toch bewoond

Toen ontplofte de boel. Daarbij kwamen 218 mensen om en raakten duizenden mensen gewond. De ravage was enorm en veel huizen rond de haven werden verwoest. Als gevolg van de ramp viel de regering en sindsdien is het land politiek instabiel. Door de economische crisis hoeven de inwoners niet te rekenen op hulp van de overheid. Wie geld heeft, kan wederopbouwen of herstellen. Wie geen geld heeft, heeft pech. En geen huis meer.


Bij het Roman Forum

Roman Forum

Wij lopen door de stad en zien verwoeste gebouwen, maar ook weer herstelde of die nu in de bouwsteigers staan. We zien ook een lange rij mensen bij de bank staan, ik denk om te proberen hun eigen geld te krijgen. Triest hoor. Ons hotel is vlakbij het Four Season en het Phoenicia hotel. Het Four Season is bijna klaar met de wederopbouw en zal in december dit jaar heropenen. Het Phoenicia bestaat uit meerdere vleugels. Een deel is al hersteld en dat deel is toevallig afgelopen weekend weer open gegaan. De rest staat er nog roestig en raamloos bij.

Ook in de rest van de stad zie je de gevolgen van deze ongekende ramp. Neemt niet weg dat het een mooie, prettige stad is. Je ziet welke grandeur het vroeger had en wat voor moderne metropool het weer zou kunnen worden. We wandelen rustig langs het water en slaan dan af om een rondje stad te doen. We komen langs een klein marktje, waar hele aardige mensen ons helpen de weg naar de moskee te vinden. Daar wandelen we op ons gemak naartoe.


North Souk

North Souk

Onderweg zien we een koffiebarretje en een broodjeszaak. We lusten allebei wel. We beginnen met koffie aan de ene kant en steken dan over voor een broodje aan de andere. Dan lopen we verder , naar de moskee. Naast de moskee is een – denk ik – archeologische vindplaats van iets. Wacht, even aan Google vragen… Oh, het is een Romeins forum. Dacht al dat deze brokstukken er langer liggen dan sinds de ontploffing.


Zaitunay Bay

Phoenicia Hotel

We wandelen langs de moskee terug richting water en dan naar de North Souk. Dat zou een prachtig winkelcentrum worden, ontworpen door architecte Zaha Hadid. Net voordat het klaar was, kwam de ramp. Hadid was trouwens ook de architecte die het bijzondere Heydar Aliyev Center in Baku heeft ontworpen – daar waren we in 2019. Het is trouwens aardig warm vandaag. De teller geeft 27 graden aan, maar het voelt minstens als 37.


Protest in Beirut

Protest in Beirut

We lopen op ons gemak door en nemen regelmatig een rustpauze. Zo komen we rond half drie weer bij ons hotel uit. Verderop zit een supermarktje, waar we drinken en broodjes inslaan. We twijfelen wat we met het avondeten zullen doen. We hebben niet zo’n zin in gedoe met geld en we willen ook niet teveel geld wisselen en dan waardeloos geld overhouden. We hebben nog bamisoepjes….   Die neem ik altijd mee voor noodgevallen. Met de broodjes kaas die ik bij het supermarktje kocht, vinden wij dat een prima maaltijd! Dan hebben we tenminste ook nog genoeg geld om morgen de dag door te komen. Verder doen we niet zoveel vandaag, gewoon lekker relaxen, filmpje kijken, beetje lezen. Vakantiemodus aan dus!


Dag 6 – Donderdag 6 oktober 2022

Weer: Best lekker, 27c
Doel: Libanon verkennen
Gereisd: Met auto+chauffeur
Hotel: Beverly Hotel, €62,70

Qadisha Valley en Libanese ceder

Natuurlijk willen we ook wat van Libanon zelf zien. Daarom hebben we een auto met chauffeur geboekt, om ons door het land te rijden. Geleerd van de ervaringen in Egypte, had ik gisteren al even contact met de tourmaatschappij. Alles is in orde, plannen zijn afgestemd, komt helemaal goed! De chauffeur komt om 9 uur. Omdat we het ontbijt van het hotel niet fantastisch vinden, nemen we de broodjes van de supermarkt verderop mee. Eten we dat onderweg wel ergens op.


Libanon

Libanon

Dan wachten we beneden op de chauffeur. Die twintig minuten later is. Vooruit. De auto is prima, hoewel al wat ouder en de schokbrekers zijn niet meer wat ze geweest zijn. De chauffeur is erg aardig, maar wel een beetje introvert. Hij rijdt ons de stad uit. Onderweg komen we langs de ontplofte hangar. Die staat daar nog, ontploft en wel. Raar hoor. We maken een korte stop bij het Mussayhla Fort. Het is een schattig kasteeltje, waar je ook op kunt, zodat je een mooi uitzicht hebt.


Libanon

Andy met de chauffeur

Want dat Libanon mooi is, zien we al snel. Het land heeft eigenlijk wel alles dat je zou willen: strand, zee, bergen waar je in de winter ook kunt skiën, diepe valleien en bossen. Wat wil je nog meer, behalve een stabiele economie zonder corruptie? Nou, wij lusten die meegebrachte broodjes wel. Mooie plek om die op te eten. We rijden verder, naar de Qadisha Valley. Deze prachtige vallei staat op de Werelderfgoedlijst van UNESCO.


Mussaytha Fort

Mussaytha Fort

Dat komt omdat in de vallei vele kloosters zijn te vinden, waarvan sommigen erg oud. Het is namelijk een van de belangrijkste vroegchristelijke kloosternederzettingen ter wereld. Dat, en ze liggen ook nog eens in een prachtig landschap. Wij worden naar zo’n klooster gereden, een beetje verstopt in de vallei. De route ernaartoe is best spectaculair, net als de uitzichten. En het klooster is schattig.


Qadisha Valley

Qadisha Valley

We rijden verder door de bergen naar de Cedars of God. Dat is een bos van cederbomen. Deze dennenboom is het symbool van Libanon en staat ook op de Libanese vlag afgebeeld. Vroeger was het land bezaaid met deze bomen. Nu staan er in dit gebied nog zo’n 300. Iets met houtkap. Gelukkig staan ze sinds 1998 op de Werelderfgoedlijst, zodat ze nu beschermd zijn. Want ze zijn behoorlijk indrukwekkend. Je kunt er een wandeling tussendoor maken. Daarvoor vindt men het fijn als je een donatie geeft. In ruil krijg je een ansichtkaart.

We overleggen met de chauffeur over het vervolg van de route. Hij biedt ons aan om in plaats van naar de kustplaats Jbeil, naar Baalbek te gaan. Daar is een archeologisch vindplaats en de route ernaartoe schijnt erg mooi te zijn. Daarvoor moet de tour van vandaag geannuleerd worden en kunnen we de nieuwe route cash aan de chauffeur betalen. Dat is een win-win, want hij kan ons zo 25 dollar korting geven en hij heeft zelf cash geld nodig, vanwege de economische situatie in Libanon.


Klooster in Qadisha Valley

Klooster in Qadisha Valley

Hij moet namelijk de school van zijn kinderen aanbetalen en heeft daarvoor geld nodig. We zouden dit heel graag willen doen, maar we hebben niet zoveel cash geld. Tenminste, dan hebben we niet genoeg contant geld meer om bijvoorbeeld vanavond te eten. Wat we ook wel prettig zouden vinden. We houden het daarom bij de afgesproken route. Van de ceders rijden we via een iets andere route terug richting Beirut. Dat is ook erg mooi, we hebben niet het idee dat we nu echt iets missen. Archeologische vindplaatsen zijn bovendien toch niet zo ons ding.

We toeren dus rustig terug en stoppen af en toe om het uitzicht te bewonderen Op een van die punten plukt de chauffeur appels voor ons Die smaken heerlijk. Hij mag dan rustig zijn, hij is wel erg aardig. Hij maakt nog een grapje, als hij moet niezen en we hem gezondheid wensen. Dat hoefde je de afgelopen twee jaar niet te doen, niezen, dan werd je meteen de auto uitgegooid. Chauffeur of niet. Hij heeft het wel erg moeilijk gehad, die afgelopen twee jaar. Niet alleen door corona, maar natuurlijk vooral doordat er geen toeristen kwamen.


Cedars of God

Cedars of God

In Libanon was er een periode dat ze maar een paar dagen per week mochten chauffeuren. Dat betekent ook maar een paar dagen per week inkomsten. Als je al werk krijgt, als chauffeur. En daar komt natuurlijk die crisis nog eens overheen. Ja, ze hebben het hier hard te halen. Terwijl je dat niet meteen afziet aan de auto’s die hier rondrijden en de gebouwen en huizen die hier staan. Hier op het platteland zie je regelmatig de prachtigste huizen. Caïro maakte een veel armoediger indruk op ons. Dat is misschien ook het verschil tussen Afrika en Azië.


Qadisha Valley

Qadisha Valley

We komen aan in Jbeil, dat in het Engels Byblos wordt genoemd. Het is een schattig kustplaatsje met een erg leuke haven. En… staat ook op de Werelderfgoedlijst. Het is namelijk een historische Fenicische havenstad. Ja, dat moest ik ook even opzoeken: Fenicië of Phoenicië was wat nu Libanon is. Jbeil stamt uit die tijd en is al erg oud. Dat zie je aan de overgebleven ruïnes. Daarvan staat er eentje bij de haven. Om de haven zijn wat restaurantjes en natuurlijk kun je, als je dat wilt, een boottochtje maken.


Jbeil / Byblos

Jbeil / Byblos

Wij willen wel een hapje eten, dus nemen we plaats op een overdekt terras, dat op de haven uitkijkt. We nemen kebbeh, de Libanese variant op een bitterbal. Het is een gefrituurd hapje, gevuld met gehakt en ui. We hadden een portie besteld om te delen. Maar het is erg lekker, dus bestellen we nog een portie. We rekenen af: 550.000 pond, ongeveer 15 euro. Dat is best duur voor bitterballen en drinken, maar ook dat komt door de crisis. Het was in elk geval wel lekker.


Jbeil / Byblos

Jbeil / Byblos

We wandelen nog even een stukje rond de haven. We gaan niet daar de restanten van het kasteel. Dat is ons te ver, want het is hier op de begane grond best warm. Oh ja, want in de bergen was het heerlijk! Precies de goede temperatuur. Ze hebben hier trouwens heuse winters, met sneeuw en een skigebied. Komt door die hoge bergen, daar zit je op een metertje of 2500. Als we ook in Jbeil zijn uitgekeken, stappen we in en rijden de laatste 40 kilometer terug naar Beirut.


Jbeil / Byblos

Jbeil / Byblos

Daar nemen we afscheid van de chauffeur en bedanken hem met dertig dollar fooi. Hij heeft prima gereden, goed zijn best gedaan en ons een heerlijke dag bezorgd. Bovendien kan hij het harder gebruiken dan wij. Goed, gaan wij eens bedenken wat we met de geldkwestie doen. Dankzij de lunch hebben we nu nog maar 160.000 pond. Daarvan is 100.000 bestemd voor fooi, voor de taxi morgen. Van de overige 60.000 koop ik nog twee broodjes bij de supermarkt verderop, als ontbijt voor morgen.


Terug naar Beirut

De ontplofte hangar

Maar we moeten nu ook eten. Ik google eens op bezorgpizza’s en zie dat ook hier een Domino’s is. Daar kunnen we met creditcard betalen, dus dan is dat mooi opgelost. We bestellen pizza voor 20.30 uur, zodat wij nog even de zonsondergang bij Zaitunay Bay kunnen bekijken. De zon zelf zien we net niet door de hoge gebouwen. Wel de gloed ervan en dat is ook prima. Bovendien is het hier gezellig druk, met allemaal wandelende mensen. We blijven een tijdje mensen kijken, voor we terug gaan naar ons hotel.


Zaitunay Bay

Zaitunay Bay

Onze pizza komt een kwartiertje te laat. Ik geloof dat ze het hier niet zo nauw nemen met de tijd. De pizza is prima, niks op aan te merken. We nemen een kopje koffie na en rommelen dan nog wat rond, tot het tijd is om te gaan slapen.


Dag 7 – Vrijdag 7 oktober 2022

Weer: Ook vandaag 27c
Doel: Naar Wadi Musa, Jordanië
Gereisd: Vliegen en 250km per auto
Hotel: Jordan Guesthouse, €47,00

Vlucht van Beirut naar Amman

Vandaag vliegen we door naar onze volgende bestemming: Jordanië. We vliegen van Beirut naar hoofdstad Amman en dat is weer een kleine anderhalf uur vliegen. Onze vlucht gaat om 12.40 en we hebben een taxi geboekt die ons om tien uur ophaalt. Kunnen wij rustig wakker worden. We ontbijten met de broodjes die ik gisteren heb gehaald bij de supermarkt. Dan de laatste spullen inpakken en de deur van ons Beiroets hotel achter ons dichttrekken. De taxi is een kwartiertje te laat, uiteraard. Gelukkig is het vliegveld vlakbij, kwartiertje rijden. En het is niet druk, we kunnen lekker doorrijden. We geven de taxichauffeur ons laatste Libanese geld als fooi: 100.000 pond.


Vlucht naar Amman, Jordanië

Vlucht met Royal Jordanian

Dan gaan we onze bagage inchecken, zelf zijn we al online ingecheckt. Ik kon stoelen bij de nooduitgang boeken, als het goed is zitten we lekker ruim. Het inchecken gaat vlot, er is geen rij en we kunnen meteen door naar de controle. Daar loopt het ook aardig door. Dan de laatste rij, voor de douane. We hebben natuurlijk een uitreisstempel nodig. Oh ja, omdat er een elektriciteitsprobleem is, hebben ze hier op het vliegveld geen airco aan. Dat is best jammer, want het is buiten een graadje of 27. Binnen natuurlijk nog warmer. Gelukkig hebben we nog de waaiers uit China, voor enige verkoeling. Of luchtverplaatsing.


Amman Airport

Even wachten op bagage

Bij de gate is het rustig, de vlucht is niet helemaal vol. Het is een 2×2 toestel en we zitten inderdaad bij de nooduitgang. Fijn hoor. Nu een keer geen jankende kinderen aan boord en ook dat is wel eens fijn. We krijgen eten: broodje kaas, cakeje en drinken. En al binnen een uur zetten we de landing in. Gaat allemaal vlot zeg! Bij aankomst moeten we langs de douane. Daar laten we onze thuis aangeschafte Jordanpass zien. De kosten voor het visum, wat normaal 40 JOD is, hebben we zo al betaald. We krijgen een visumstempel en lopen naar de volgende douanebeambte. Daar krijgen we de inreisstempel.


Dorp in Jordanië

Dorp in Jordanië

Zo, we zijn in land #73! We wachten even op onze bagage. Als die er is, lopen we naar de uitgang. Daar zien we een ATM en het lukt zonder problemen om daar Jordanese dinars uit te halen. Dan langs de invoerdouane, waar we zo door mogen lopen. We hebben hier een auto gehuurd, dus zoeken en vinden we de balie van Avis. De auto blijkt een Peugeot 301 te zijn. Daar worden we niet per se blij van, we zijn geen fan van Franse automerken. Het is ook geen fijne auto, blijkt later. Er zit maar bar weinig luxe in. Goed, als alles en iedereen is ingeladen, gaan wij op weg naar Wadi Musa. Dat is zo’n 250 kilometer rijden vanaf Amman.


Magnifieke bergen

Magnifieke bergen

Ik had bedacht om op de heenweg autoroute 65 te nemen. Het is alleen niet makkelijk daar op te komen. Wel om op de 35 te komen. Dat is de Kings Highway, de mooie route naar het zuiden. En wat denk je? Dat is inderdaad een mooie route! We rijden grote stukken over magnifieke bergen en langs imposante kloven. We komen door typische dorpjes en zien her en der bedoeïenen kampen. We stoppen onderweg om te tanken (de auto was maar kwart vol toen we hem meekregen) en om drinken in te slaan. Overal waar we stoppen, zijn de mensen erg aardig. Zoals de boer, op wiens oprit we blijkbaar stoppen. Hij wil weten hoe we heten en nodigt ons uit voor koffie. Erg lief, maar we moeten nog even door.


Jordanië

Jordanië

Want behalve stoppen voor benzine, drinken en uitzichten, moeten we ook een paar keer stoppen voor een politiecontrole. Stelt niks voor, we mogen meteen weer doorrijden. Of nee, de eerste wilde nog rijbewijs en autopasje zien, de rest lacht vriendelijk, groet vriendelijk en wuift ons verder. Behalve dat komen we ook een keer of vier een wegomlegging tegen. Dat schiet ook niet erg op. Alles bij elkaar is dat niet handig, want de route duurt langer dan verwacht, terwijl ondertussen de zon ondergaat. We rijden het laatste stuk dan ook in het donker. Dat is vermoeiend rijden, vooral omdat we moeten opletten voor de vele onzichtbare drempels. Die zie je vaak pas op het laatst, of te laat.


Bedoeïenen kampje

Ons guesthouse

Uiteindelijk, rond half acht, komen we bij ons hotel. En krijgen slecht nieuws te horen. Wij zijn de laatste gasten, er is nog maar 1 kamer en laat nou net in die kamer de stroom zijn uitgevallen. Maar geen nood: ze hebben een andere kamer voor ons geregeld in een bevriende guesthouse. Die ligt hoger de bergen in en heeft daardoor een fantastisch uitzicht. Dat klopt inderdaad, zien we bij aankomst. We worden allervriendelijkst onthaald door gastheer en eigenaar Shadi. Of we al hebben gegeten? Nee, eigenlijk niet. Kom, schuif aan. Er is een gezamenlijke maaltijd voor wie dat wil. Wel tegen betaling, maar tien dinar pp is niet duur. Dus schuiven we aan. Het eten is heerlijk: soep met brood, gegrilde kip met een soort rijst, tomaat-gehakt prut, een gevuld koolrolletje, brood, humus en thee. Niks mis mee.


Met uitzicht overdag…

… en ’s avonds

Onze gastheer is een interessante man. Hij heeft, voor hij zich hier settelde, de hele wereld over gereisd als paardentrainer, voor een van de Al Maktoum-sjeiks van Dubai. Ik weet niet welke, want er waren en zijn er meer met renstallen. Die stallen bevonden zich over de hele wereld, zelfs hier in Amersfoort. Shadi heeft daardoor ook een tijdje in Nederland gewoond. Na het eten gaan we ons installeren in de kamer, iemand brengt daarvoor onze koffers naar boven. We hebben de hoekkamer op de tweede verdieping gekregen en hebben een fantastisch uitzicht over Wadi Musa. Ziezo, nog even douchen en dan lekker slapen.


Dag 8 – Zaterdag 8 oktober 2022

Weer: 24c maar voelt warmer
Doel: Petra bewonderen
Gereisd: Lopend door Petra
Hotel: Jordan Guesthouse, €47,00

Ja, Petra is geweldig!

Andy is vandaag jarig, whoohoo! Ik heb slingers meegesmokkeld en die hang ik stilletjes, als hij nog slaapt, op. Ziezo, een feestelijk begin van wat een bijzondere dag belooft te worden! Vandaag gaan we namelijk naar Petra. Maar eerst ontbijten. Dat is van zeven tot negen, we zorgen dat we op tijd kunnen aanschuiven. We krijgen een omelet, roosteren zelf een boterhammetje, plak kaas erop en dat smaakt prima. Als we helemaal klaar zijn, rijden we naar Petra.


Petra Visitorcenter

Petra Visitorcenter

Links en rechts van de ingang zijn gratis parkeerplaatsen. Shadi had ons nog gewaarschuwd dat we vooral daar moeten parkeren en niet op straat. Op het laatste staan namelijk hoge parkeerboetes. We wandelen naar het Visitorcenter en daar naar het ticketoffice. We laten onze Jordan Pass zien en krijgen in ruil twee kaartjes. Dit is de eerste attractie waar we die laten zien en daarom gaat nu de tweeweekse geldigheid van de pas lopen. Als we nog naar andere bezienswaardigheden willen, kan dat in de komende twee weken op deze pas.


Petra Visitorcenter

Paardenstallen

Eerst maar eens naar Petra. Wat het is? Een historische stad met uit de rotsen gehakte graftombes. Het is een van de zeven nieuwe wereldwonderen en staat uiteraard op de Werelderfgoedlijst van UNESCO. Vroegah was Petra een rijke stad, met luxe gebouwen en imposante grafmonumenten. Dat kwam door de strategische ligging, ideaal voor diverse handelsroutes naar omliggende landen en gebieden. Daardoor kwam er aardig wat geld binnen in de vorm van belastingopbrengsten.


Onderweg naar The Siq

Onderweg naar The Siq

Rond het begin van de jaartelling woonden hier naar schatting 25.000 mensen. Petra ligt in een dal en is alleen via smalle kloven te bereiken. Daardoor was het goed verdedigbaar. Er was een ingenieus watersysteem, waardoor er het hele jaar door water was. Regen die in de winter viel, werd opgevangen in kanalen, die waren uitgehakt in het gesteente. Het water werd vervolgens opgeslagen in grote reservoirs, zodat het in de droge zomers kon worden gebruikt. Zo werden waterbronnen in de stad gecreëerd, die zowel de tuinen van water voorzagen, als voor huishoudelijk gebruik dienden.


Onderweg naar The Siq

Onderweg naar The Siq

Men leefde hier lang, gelukkig en welvarend, tot ongeveer de zevende eeuw. Door allerlei landveroveringen, bijvoorbeeld door het Romeinse Rijk, raakte Petra haar handelspositie kwijt en raakte de stad uiteindelijk verlaten. Vrijwel alle gebouwen die er ooit stonden, zijn nu ruïnes. Maar dankzij de status van wereldwonder en werelderfgoed, wordt dat nu goed geconserveerd. Wat over is, is een indrukwekkende wandeling door de kloven, die siq worden genoemd, naar de restanten van de graftombes.

We gaan door de toegangspoort en laten onze kaartjes zien. Dan beginnen we aan de wandeling. Eerst komen we langs de paardenritjes-mensen. Een paardenrit is inclusief bij je kaartje, maar je wordt wel verondersteld fooi te geven. Ik heb het niet zo op paarden, wij slaan over. Onderweg komen we langs wat souvenirstalletjes. Gelukkig zijn de verkopers niet opdringerig, ze prijzen enkel hun koopwaar aan. Een keer met je hand nee schudden en ze haken wel af.

Na ongeveer een kilometer in de zon lopen, komen we bij de ingang van de kloof. Prachtig zeg! De wandelroute door de kloof is ruim een kilometer. Voordeel van zo’n kloof is dat je grotendeels in de schaduw loopt. En er zijn veel plekken waar je even kunt zitten en rusten, als je wilt. Of selfies maken, zoals we de meeste toeristen zien doen… Aan het einde van de kloof zien we een glimp van Al Khazneh of The Treasury. Dat is wel het bekendste monument in deze oude stad.

Al Khazneh betekent schatkamer. Er gaat een legende over het ontstaan van de naam. De Bedoeïenen dachten dat de graftombe het werk was geweest van de farao van Egypte, die in zijn achtervolging op Mozes en de Israëlieten, werd gehinderd door het feit dat hij al zijn schatten mee moest slepen. De farao, bekend met de krachten van de zwarte magie, bouwde toen de Schatkamer en sloeg in de urn op de top van het gebouw zijn schatten op. Daarna kon hij zijn achtervolging voortzetten.

We stappen de kloof uit en zien dan Al Khazneh in vol ornaat. Geweldig mooi! Hier zijn ook weer allerlei “verkopers”. We krijgen meteen kamelen aangeboden. En mensen willen ons graag begeleiden naar boven, om Al Khazneh van boven te bekijken. Ten eerste hoef je daar helemaal niet voor te betalen, ten tweede is het zó simpel om er te komen, dat je daar echt geen gids voor nodig hebt. Oh en ten derde hebben we er geen zin in. Veel te warm.


Petra

Drie van de veertig rovers…

We blijven liever een tijdje bij het prachtige fenomeen kijken, voor we verder wandelen. Eerst komen we weer langs de souvenirstandjes, dan in een deel waar ook wat terrasjes en toiletten zijn. We willen inderdaad wel even plassen. En we hebben dorst, we kopen ergens twee blikjes drinken. De verkoper wil er vier dinar voor hebben. Wat denk je zelf, dat is €5,50. Vooruit, drie dinar dan. Nee hoor, twee is meer dan genoeg – en eigenlijk nog teveel. We lopen weg en horen dan dat twee ook goed is. Dat dachten wij ook.

We kuieren op ons gemak verder rond en bewonderen deze prachtige plek. Terecht een van de zeven nieuwe wereldwonderen! Voorbij het “horecagedeelte” gaat de wandelroute verder, langs de Tomb of Unayshu, het Nabatean amfitheater en de Royal- en Palace tombes. Wij eindigen bij het uitzicht op de Grote Tempel. Dat kunnen we vanaf hier goed zien en dat vinden we mooi genoeg. We hebben nu drie kilometer gewandeld en moeten diezelfde afstand en dezelfde weg weer terug.


Nabatean amfitheater

Royal- en Palace tombes

Dat is voor ons nog een uitdaging, aangezien de route hiernaartoe gestaag naar beneden ging. Dat betekent dat we nu gestaag weer omhoog moeten. Nu rijden er elektrische karretjes rond, maar we kunnen niet ontdekken hoe we daar gebruik van kunnen maken. Ze zitten ook telkens vol. We vermoeden dat je die vooraf had moeten reserveren. We overwegen een paard en wagen te nemen, ondanks dat ik het dus niet zo op paarden heb. Maar net als je die zou willen gebruiken, kom je er geen een tegen natuurlijk. Dus wandelen we op ons gemak terug naar de ingang.


Royal- en Palace tombes

Royal- en Palace tombes

Het hele stuk door de kloof is dat gelukkig in de schaduw. Daarbuiten wordt het iets lastiger, als we in de volle zon lopen. Met voldoende rustpauzes gaat dat echter ook prima. Rond drie uur komen we weer bij de ingang aan. We hebben dorst en ook wel honger. Er zitten wat restaurantjes en we laten ons verleiden plaats te nemen. Ik vraag naar de menukaart. Geen zorgen, de ober is de menukaart. Jaja. We nemen hamburger/kebab met friet. Voor Andy een sjuderans erbij, ik neem het typisch Jordanese drankje met limoen en munt. En smerig dat het is! Nou ja, weten we dat ook weer.


Petra

Petra

We twijfelen even of we niet eerst naar de prijzen moeten vragen, want die zijn ons helemaal niet genoemd. Onze ober is niet meteen te vinden. Bovendien hebben we honger en het is Andy’s verjaardag, dus laat maar. Het eten is te eten, geen culinaire oogstandjes. En dan komt de rekening…. Zie je, we hadden eerst de prijzen moeten vragen, want dan hadden we nooit 48 dinar voor deze matige maaltijd betaald! Want dat is omgerekend maar liefst €70,-. Stelletje oplichters.


In Shadi’s buggy

Genieten van de zonsondergang

Nou ja, niet te lang bij stilstaan, daar word je alleen maar chagrijnig van. We gaan terug naar onze guesthouse. Shadi vraagt of we mee gaan de zonsondergang bekijken. Kost vijf dinar per persoon en we gaan in zijn buggy. Er gaan ook twee Zwitserse meiden mee, die net zijn aangekomen. We vertrekken om zes uur. Mooi, dan hebben we nu nog tijd om te douchen, de hitte van Petra van ons afspoelen. Om zes uur kruipen we in de buggy en scheuren we lekker de bergen in, naar een plek waar we onder ons Petra zien liggen. We kunnen natuurlijk niet alle monumenten vanaf hier zien, maar wel een deel. En we zien uiteraard de zonsondergang. Shadi geeft ons thee en we genieten van deze mooie plek.


Daar waren we vandaag!

Andy maakt er een foto van

Dan sjezen we weer terug naar de guesthouse. Ook vanavond eten we mee, wel zo gemakkelijk. Gisteren was het lekker, dat zal vandaag ook wel zo zijn. Het eten is om half acht. Het is vanavond flink afgekoeld, er staat een straf windje. We gaan daarom binnen eten. Vandaag is er weer soep met brood, rijst, gegrilde kip en gegrilde kippenlevertjes, een soort tomatenbouillon en allerlei bijgerechten. Voor het toetje gaan we naar buiten, bij de vuurmand.


Bij de vuurmand…

… met prettig gezelschap

Daar schuiven de Zwitserse dames aan en een Frans stelletje, dat ook vanavond is aangekomen. We wisselen ervaringen uit, zowel van reizen als van onze geboortelanden. Het is erg gezellig en we hebben veel lol. We krijgen een heerlijk toetje, een soort baklava maar dan anders. En natuurlijk Arabische thee. Rond negen uur vinden we het wel mooi geweest. We nemen afscheid van iedereen en gaan naar onze kamer. Nog wat aanrommelen en dan weer onder de wol.


Dag 9 – Zondag 9 oktober 2022

Weer: Petra 20c, Dode Zee 30c
Doel: Naar de Dode Zee
Gereisd: Wadi Musa – Ma’in, 200km
Hotel: Dead Sea Spa Resort, €128,60

Van Wadi Musa naar de Dode Zee

Bah, niet zo lekker geslapen vannacht. Ik was boos op mezelf dat ik er gisteren in was getrapt zoveel voor die lunch te betalen. En ik werd om half vijf wakker van de zingende geit in de moskee. Gisterochtend ook al, maar nu heb ik zo beroerd geslapen dat het extra vervelend is. Daar waren we voor gewaarschuwd en het hoort er ook wel bij in Azië, maar toch. Nou ja, ik ben tenminste op tijd wakker.


Byebye, Wadi Musa

Toeren door Jordanië

Andy ook en om half negen gaan we naar beneden om te ontbijten. We nemen weer geroosterd brood, omelet en kaas. Ik vraag Shadi of hij connecties heeft op het vliegveld. We hebben morgen namelijk een taxi nodig van het vliegveld naar de grens met Israël. Die heb ik al geboekt, maar is best een beetje duur. We kunnen zijn chauffeur gebruiken, de man die nu toevallig bij hem aan tafel zit en die gisteren de Zwitserse meiden bracht.


Toeren door Jordanië

Toeren door Jordanië

Als we voor hem kiezen, kost ons dat 30 dinar. Kijk, dat is twintig euro minder dan ik nu heb betaald. Ik vind het ook wel fijn dat we deze chauffeur eerst hebben gezien en dat hij weet dat we bij Avis de huurauto inleveren, dus dat hij ons daar op moet halen. Ik check even of ik inderdaad de bestaande boeking kan annuleren. Dat kan gelukkig. Mooi, dan pakken we nu de laatste spullen in en gaan op weg naar de Dode Zee.


Little Petra

Little Petra

Shadi heeft me gisteren via WhatsApp een goede route gegeven. Die gaat door de bergen en langs Petra en Little Petra. We vangen weer delen op van het prachtige wereldwonder. Het is hier echt ontzettend mooi! We genieten dan ook volop van deze rit. Bij Al-Karak rijden we langs het kasteel. We hebben niet de behoefte het van binnen of van dichtbij te bekijken. Je ziet het gebouw zelf immers het beste van een afstandje. Dus stoppen we even en rijden dan weer verder.


Toeren door Jordanië

Toeren door Jordanië

We slaan af naar de 50, die op de Dode Zee uitkomt. En zo rijden we even later langs het blauwe water, met de witte randjes van al het zout. Ons resort ligt aan de bovenkant van het meer, op de kaart gezien dan. Het is het Dead Sea Spa Resort. Als we naar binnen willen, moet onze bagage door de scan. Je mag namelijk geen eten of drinken meenemen, zogenaamd vanwege veiligheidsredenen. Toch gaan onze fles water en zakje chips ongemerkt mee naar binnen…


Toeren door Jordanië

Effe pauze

We checken in en gaan naar onze kamer. Die is erg groot, met een balkon en ook een grote badkamer. Niks op aan te merken. Natuurlijk gaan we in de Dode Zee, daarom zijn we hier tenslotte. We doen onze badkleding aan en wandelen naar de zee. Daarvoor moeten we langs vier zwembaden, waarvan twee voor kinderen en twee voor adults only. Onderweg komen we langs de handdoek-uitdeel-kiosk.


Toeren door Jordanië

Leuke optrekjes hier

Bij het inchecken kregen we bonnetjes voor handdoeken en die bonnetjes leveren we hier in. Als dank krijgen we er twee grote handdoeken voor terug. Dan lopen we verder naar beneden, want daar is de zee. We lopen het water in. Dat is heerlijk warm. Maar dat is het buiten ook, graadje of 30. Niet zo gek dus. We laten ons rustig achterover in het water glijden. En blijven dan drijven. Dit is bizar! Je moet echt je best doen om niet te drijven. Je kunt rustig een beetje dobberen.


Al-Karak Castle

Al-Karak Castle

Wel oppassen dat je geen water in je gezicht krijgt, want dat is natuurlijk vreselijk zout. Vandaar dat je het beste op je rug kunt dobberen. We blijven niet te lang in het water, ze zeggen dat je er maximaal een kwartier in moet blijven. Anders kan al dat zout wel eens schadelijk worden voor je huid. Nu krijgen we er een lekker zacht huidje van. Oh ja, je kunt je ook nog insmeren met de modder uit de zee. Zou ook goed voor je zijn. Daar hebben we niet zo’n zin in.


Al-Karak Castle

Al-Karak

We spoelen ons af onder de stranddouches en net als we terug naar boven willen lopen, zien we een golfkarretje. Ha, daar willen wij wel mee naar boven! Dat kan ook gelukkig. We worden netjes boven afgezet. We besluiten nog even in het gewone zwembad te plonzen, het laatste zout en zand afspoelen. Als we zijn uitgedobberd, gaan we snel terug naar de kamer om de camera te halen. De zon begint namelijk onder te gaan boven de Dode Zee. Andy gelooft het wel, dus ga ik zelf even van de zonsondergang genieten.


De Dode Zee

De Dode Zee

Dan lekker douchen en weer aankleden voor het eten. Zoals het een goed resort betaamd, zijn er diverse eetgelegenheden. Wij kiezen het hoofdrestaurant, waar ze een buffet hebben. Bij de deur wordt naar ons kamernummer gevraagd: 427. De meneer zoekt op zijn lijst en in zijn computer, maar krijgt onze kamer niet gevonden. Het is toch echt 427. Hij probeert het nog eens. Nee, niks. Hebben we wel geboekt inclusief diner? Nee, hoezo? Oh, loop dan maar door. Okay, doen we.


Dead Sea Spa Resort

Dead Sea Spa Resort

We krijgen een tafeltje en kunnen dan langs het buffet schuifelen. Dat is best prima, maar niet super. De toetjes wel trouwens, en daar is een ruime keuze in. We vragen en krijgen iets te drinken erbij en hebben dan toch wel lekker gegeten. Als we vol zitten, lopen we nog even buitenom voor een laatste blik op de zee. Of eigenlijk op Israël aan de overkant. Aan de lichtjes te zien, zijn daar wat dorpjes. We gaan terug naar onze kamer en zien dat we kamer 437 hebben, in plaats van 427… Oeps.


De Dode Zee

De Dode Zee

Er heeft trouwens ook niemand meer naar onze kamer gevraagd, of een rekening gegeven. Ik denk dus dat we gratis gegeten hebben… Nou, bedankt! Dat is vast de goedmaker voor de oplichterij van gisteren. Terug in onze kamer rommelen we nog wat aan en gaan niet te laat slapen. Van dat gedobber in water word je altijd lekker moe.


Dag 10 – Maandag 10 oktober 2022

Weer: Zonnig en 24 graden
Doel: Aankomen in Jeruzalem
Gereisd: Met auto, taxi en bus
Hotel: Hashimi Hotel, €122,50

Van de Dode Zee naar Jeruzalem

Vandaag is een dag waar we best een beetje tegenop zien. We gaan namelijk naar Israël. En dus moeten we door de Israëlische douane. Dat schijnt nog wel eens erg lastig te kunnen zijn. Vooral als je stempels uit bijvoorbeeld Libanon in je paspoort hebt. Zoals wij. Niet dat je er dan niet in komt, maar ze kunnen wel allerlei vragen gaan stellen. Als ze het niet zo vertrouwen, dan zullen ze dezelfde vragen in steeds andere bewoordingen stellen, om je op leugens te betrappen. We gaan ook nog eens via een niet zo reguliere grensovergang: de King Hussein Bridge border crossing tussen Jordanië en Israël. Dat is voor Jordanië geen officiële grensovergang. Dat betekent dat je er geen uitreisstempel krijgt.


Gaat dat goed?

Bedoeïenenkamp

En Israël stempelt je paspoort ook niet, omdat men weet dat reizigers daar problemen mee kunnen krijgen in andere landen. Bijvoorbeeld als je naar Libanon wilt. Waarom we dan toch naar Israël gaan? Omdat we natuurlijk het land willen zien. Dus heb ik vooraf veel gelezen over specifiek deze grensovergang. Die is namelijk het meest logische in ons reisschema. Het werkt als volgt: eerst moet je door de Jordanese douane, omdat je Jordanië gaat verlaten. Daarvoor moet je een exit fee van tien dinar per persoon betalen Dan ga je met een bus over de brug en rij je een eind door Niemandsland. Die bus kost zeven dinar per persoon en 1,50 dinar per koffer. Wij moeten dus 37 dinar totaal betalen voor we Israël binnen kunnen.


Typisch Jordaans wagentje

Nog een bedoeïenenkamp

De douane van Israël is aan de andere kant van de brug. Of eigenlijk is dat Palestina, maar de grens wordt bewaakt door de Israëli. Wat ik lees, is dat je hier kunt verwachten een tot veel vragen te krijgen, over waar je bent geweest, waar je naartoe gaat, wat je van plan bent, etc. We gaan maar uit van het ergste en verwachten een lange, vervelende dag.

Maar goed, zover zijn we nog helemaal niet. We zitten nu nog in ons resorthotel aan de Dode Zee. Ontbijt is inclusief en om half negen lopen we naar hetzelfde restaurant als waar we gisteravond aten. Nu is er – uiteraard – een ontbijtbuffet. Er is van alles wat, niets op aan te merken.


Jordaanse grensovergang

Op de King Hussein Bridge

Als we vol zitten, gaan we verder met inpakken en om tien uur checken we uit. We moeten eerst onze auto inleveren op het vliegveld. Achteraf hadden we moeten vragen of we hem ook bij de grensovergang konden inleveren. Daar hebben we gewoon niet aan gedacht. Ach, dit is ook prima. We leveren de auto in. Die wordt even gecontroleerd; alles is in orde. Dan app ik onze chauffeur. Je weet wel, die we gisteren via Shadi hebben geregeld. Hij is ergens op het vliegveld en komt naar ons toe. Met zijn drieën lopen we naar de auto. Binnen een uur brengt hij ons naar de brug. Onderweg vertelt hij nog het een en ander. En wij hem; als hij hoort dat we in Libanon zijn geweest, zegt hij dat we dan de grens waarschijnlijk niet over komen.


Op de King Hussein Bridge

Kaartjes kopen voor de taxibus

Uhm, excuse us? Nee, dat zal niet de eerste keer zijn. Wacht, hij belt even met de grensovergang. Oh, is toch geen probleem, zegt de andere kant van de lijn. Dat is dan wel de Jordanese kant, maar die zien vast wel teleurgestelde mensen terugkeren, als dat inderdaad gebeurt. Voor de zekerheid zal hij een tijdje bij de brug blijven wachten, mochten we weer terug moeten. Dat is goed. Ik blijf toch optimistisch en vertrouw op het vooronderzoek dat ik heb gedaan. We’ll see. We komen aan bij de brug en worden tot bijna voor de deur gebracht. Dat mag alleen omdat wij Westerse toeristen zijn. Inwoners van Jordanië moeten al eerder uitstappen.


Damascus Gate, jeruzalem

Old City Jeruzalem

We nemen afscheid van de aardige, nette chauffeur. We rekenen af: dertig dinar + twee dinar parkeerkosten en vier dinar fooi. Dan lopen we naar de Jordanese douane. Voor we het gebouw binnen mogen, moet de bagage door de scan. Binnen worden we naar een balie gestuurd, waar we eerst een papiertje invullen en dat met ons paspoort afgeven bij de daarvoor bedoelde balie. Dan moeten we bij een andere balie een exit fee betalen: tien dinar per persoon. Ook dat briefje geven we af bij de paspoortbalie. Daarna moeten we wachten. Geen idee waarom. Naast ons komt een Duits stelletje.


Dakterras van het hotel

Uitzicht op de Dome

Die hebben niet goed geteld, ze hebben vier Jordanese dinars te weinig voor de exit fee, de bus en de koffers. Ze vragen of wij nog dinars over hebben. Nee, niet genoeg. We hebben nog twintig dinar en daarvan hebben we zelf zeventien dinar nodig. Er loopt een Jordanese man langs, die vraagt wat het probleem is. Het Duitse meisje vertelt dat ze vier dinar tekort komen. Die heeft hij wel voor ze. Ze wil natuurlijk terugbetalen, maar daar wil hij niets van weten. Wat ontzettend lief! Zie je dat er nog steeds goede mensen op deze wereld rondlopen? En het bewijst weer eens dat de mensen in Jordanië erg aardig zijn.

Nadat we hier bijna een uur hebben doorgebracht, worden we geroepen om mee naar buiten en in de bus te gaan. Ah, daar was dus het wachten op! In de bus krijgen we even later onze paspoorten terug, met gestempelde briefjes van de Jordanese douane erin. Dit blijkt het uitreisbriefje te zijn, het bewijs dat we de Jordanese grens over zijn gegaan. We betalen de busmaatschappij de verschuldigde zeventien dinar voor de reis en de bagage.

Er blijkt nog steeds een probleem te zijn met het geld van de Duitsers. Ik geloof dat hij in dinar en Israëlische shekel wil betalen. En dat kan niet. Nu komen ze nog eens drie dinar tekort.


Old City Jeruzalem

Old City Jeruzalem

Bijna iedereen in de bus biedt aan te helpen. De jongen voor ons geeft drie dinar. Ik geef de jongen er eentje, dan hebben we allebei iets bijgedragen. Het Duitse meisje is verlegen van zoveel vriendelijkheid en behulpzaamheid. Dat is nou een “lief dagboek”-momentje.

Goed, we gaan de brug over. Ik geloof dat dat iets van drie kwartier duurt. Halverwege moeten we stoppen en komen twee militairen de bus in om onze paspoorten te bekijken. Dan weer verder naar de aankomsthal. Daar moet de bagage door de scan en wij naar het eerste douanehokje. Waar gaan we naartoe? Wat komen we doen? Hoe lang blijven we? Wat zijn we van elkaar?

We antwoorden: Jeruzalem, toerisme, twee nachten Jeruzalem en twee nachten Tel Aviv, man & vrouw. Hebben we wapens bij ons? Nee joh. Iets meegekregen van anderen? Nee, ook niet. We mogen verder, naar de volgende douane. Die vraagt ook waar we naartoe gaan, wat we komen doen en hoe lang we blijven. We geven dezelfde antwoorden. We krijgen allebei een inreisstrook in ons paspoort – stempelen doen ze dus niet – en dan mogen we door. We zijn in Israël, land #74! Nou, wat was dat een eitje zeg. We hadden dit ons veel vervelender voorgesteld, maar het viel alleszins mee.

We hebben veel ergere grensovergangen gehad, bijvoorbeeld toen we Rusland uit wilden of met de auto van Canada naar de US. We gaan even plassen en dan zoeken we de kaartjeskiosk voor de taxibus. Daar moeten we contant betalen. Hebben we niet, tenminste, geen Israëlische shekels. Binnen in het volgende gebouw is een ATM. Het blijkt dat ik daarvoor eerst op een belletje moet drukken en dan even wachten tot er een jongedame aan komt. Ik probeer geld te pinnen, maar zowel mijn als Andy’s pas werken niet. Dan maar geld wisselen, we hebben immers nog euro’s. Ik wissel 70 euro voor 215 shekel.


Old City Jeruzalem

Old City Jeruzalem

Dan terug naar de kaartjeskiosk. Voor twee personen en twee koffers betalen we 94 shekel, ruim €25,-. We gooien de koffers achterin het busje, stappen zelf ook in en dan kunnen we het laatste stuk afleggen. Dat duurt ook weer zo’n drie kwartier. De chauffeur vraagt waar we eruit willen en waar we naartoe moeten. Bij de Damascus Gate graag, we slapen in het Hashimi Hotel. Oh, dat is een goed hotel! Fijn om te horen. De chauffeur zet ons er bij de Damascus Gate uit en wijst de weg die we moeten lopen. Het is ongeveer 250 meter. Maar dan wel naar beneden en door smalle straatjes. Het is net een Marokkaanse medina.

We vragen onderweg een paar keer waar het hotel is. Gewoon doorlopen. Ik ga even vooruit, kijken waar het zit. Nog een stukkie, maar dan een steile trap op. Ik loop naar boven en vraag of er misschien iemand kan helpen met de koffers. Ja hoor, een jongen loopt even mee terug naar Andy, die ik halverwege had geparkeerd. De jongen pakt een koffer over en in no time staan wij met koffers en al boven op de eerste verdieping. We worden hartelijk ontvangen en al snel naar onze kamer geleid. Die is klein maar fijn. Als we zijn geïnstalleerd, gaan we eerst naar de vierde verdieping. Daar is een dakterras met een fantastisch uitzicht over de oude stad. We zien de Dome glimmen in de verte. Prachtig!

Dan gaan we de oude stad vanaf de begane grond bekijken. Het is dus net een medina, met smalle straatjes en allemaal shopjes. We komen langs een kruidenwinkeltje en ik word aangesproken over mijn camera. De man is officieel Engels en komt vaak in Nederland, omdat hij daar klanten heeft zitten voor zijn kruiden. Hij vraagt naar onze plannen en geeft wat tips. Puur vriendelijkheid, niks opdringerig of om ons iets te verkopen. We moeten morgen terugkomen en koffie drinken. Doen we. En nu moeten we even bij de kerk om de hoek kijken. Doen we ook. Die ligt er mooi bij, aan een mooi pleintje. Daar zijn ook wat restaurantjes en terrasjes en we laten ons verleiden tot kip shoarma.


Old City Jeruzalem

Dome by night

Deze keer wel een menukaart met prijzen, maar we letten niet zo goed op hoeveel dat is. We krijgen dan ook een rolberoerte als we 227 shekel moeten afrekenen. Dat is potdorie 65 euro! We mopperen tegen de man dat dat belachelijk veel geld is, voor het matige eten. Want zo geweldig was ook dit niet. Nou ja, het is wat het is. En gisteren hebben we gratis gegeten… We gaan maar gauw verder. Of eigenlijk terug, naar ons hotel. We kijken nog even op de vierde, want nu ligt de stad er natuurlijk in het donker bij. En dat is ook erg mooi! De rest van de avond relaxen we lekker, voor we er weer induiken.


Dag 11 – Dinsdag 11 oktober 2022

Weer: Heet in Jericho, lekker in JZL
Doel: Palestina: Jericho en Bethlehem
Gereisd: Met auto en chauffeur
Hotel: Hashimi Hotel, €122,50

Hopelijk…

Voor vandaag hebben we weer een excursie geboekt, namelijk naar de Westelijke Jordaanoever. Dat is in Palestina, land #75. We denken dat het een gedoe is om er zelf te komen, vandaar dat we met een excursie gaan. Want hoe zit het nou ook alweer met Israël en Palestina? Uiteindelijk gaat het om geloof en land, waar de twee partijen allebei recht op menen te hebben. Het probleem is dat de een er al woont en de ander het land – en soms de huizen – inpikt. En dat pikken ze niet van elkaar.


De muur om Bethlehem

Shireen Abu Akleh

Het is echter niet zo zwart-wit als je misschien denkt. Het Joodse volk – de Israëli – is al sinds de Romeinse tijd op de vlucht. Waar ze zich ook vestigden, ze werden vaak gediscrimineerd en verjaagd. Ze verlangden naar een eigen land, zoals dat in hun bijbel staat beschreven. Daardoor vinden ze dat ze er ook recht op hebben: Israël. In het gebied waar ze Israël stichtten, woonden alleen al mensen: in Palestina. De rest laat zich raden en is helaas maar al te bekend.


Banksy’s vredesduif

Banksy’s bloemengooier

De oplossing lijkt simpel: verdeel het land tussen beide partijen. Maar ja, zolang ze het niet eens worden over waar de grens moet lopen en zolang men nog met geweld land inpikt, lijkt dat een hopeloze zaak. Goed, wij gaan dus Palestina bekijken, om precies te zijn de plaatsen Bethlehem en Jericho. We worden om half tien opgehaald bij het David Citadel Hotel, net buiten de oude stad. Want er kan natuurlijk geen auto bij ons hotel in de oude stad komen. We zorgen dat we voor die tijd gegeten hebben.

Het ontbijt van het hotel is tot negen uur, dat komt mooi uit. Er is brood, omelet, gekookt ei en nog wat belegdingetjes. Best prima. Om kwart voor negen wandelen we naar het ontmoetingspunt. Op ons gemakje, want het gaat omhoog. Via de New Gate komen we buiten de stadsmuren. Dan nog een stukje naar beneden lopen en daar zien we het ontmoetings-hotel. We wachten even op het muurtje, tot er iemand naar ons toe komt gelopen. Of wij de gasten voor Bethlehem zijn? Ja hoor.


Uitzicht over Bethlehem

Nederzetting

Mooi, dan kunnen we in de mooie Mercedes bus stappen. Chauffeur George heeft twee maanden in Nederland doorgebracht en spreekt een beetje Nederlands. Maar we gaan al snel over op Engels. Hij rijdt ons naar Bethlehem en vertelt ons onderweg over Jeruzalem, Bethlehem en de Nederzettingen. Bethlehem is bijna geheel omsingeld door een acht meter hoge afscheidingsmuur. Israël begon in 2002 met de bouw van de muur, inclusief torens en controleposten, wegen, hekken, prikkeldraad en greppels.


Koffie-drive-tru

Palestina

Hij is inmiddels rond de 700 kilometer lang en is gebouwd op de door Israël bezette Westelijke Jordaanoever, grotendeels op Palestijns grondgebied. Hij loopt soms dwars door Palestijnse dorpen en gemeenschappen en steeds dieper Palestijns gebied in, waardoor hij illegaal gebouwde Israëlische nederzettingen bij Israël insluit. Voor de aanleg ervan werden hele straten door Israël gesloopt.


Bedoeïenen

Bedoeïen jongens

De muur beperkt de bewegingsvrijheid en levensomstandigheden van de inwoners, die de stad niet gemakkelijk kunnen verlaten. Erin en eruit moet je door checkpoints en zonder de juiste reispapieren lukt dat vaak niet voor de Palestijnen. En het is nog niet klaar, volgens planning wordt hij nog verder uitgebreid. Nou, bij deze muur is onze eerste stop. De muur is voorzien van beschilderingen, veel met een politieke of menselijke boodschap.


Zeeniveau

Nabi Musa Moskee

Het nieuwste kunstwerk is een portret van journaliste Shireen Abu Akleh, de nieuwslezeres van Al Jazeera, die in mei 2022 is omgekomen door Israëlisch vuur. Ze deed verslag van een Israëlische inval in de stad Jenin, op de bezette Westelijke Jordaanoever, toen ze door een kogel in het hoofd werd getroffen. Het is een erg indrukwekkende plek. We rijden verder. Onze volgende stop is bij een kunstwerk van Banksy, de anonieme kunstenaar uit – waarschijnlijk – Engeland.


Nabi Musa Moskee

Nabi Musa Moskee

Hij heeft er een aantal hier in Palestina gemaakt. Wij kijken nu naar een vredesduif met een kogelvrij vest aan en een schietschijf op het lijf. Na dit stopje beginnen we aan een tocht langs voor gelovigen bijzondere plaatsen. Want ja, Bethlehem en Jericho zijn beiden bijbelse steden. Vandaar dat de Israëli vinden dat ze recht hebben op dit land. We rijden naar de Shepherds Fields. Daar ontmoeten we Elijah, onze gids op deze plek en tevens eigenaar van Elijah Tours, waar we deze excursie hebben geboekt.


Judea Desert

Judea Desert

We nemen ook tijdelijk afscheid van George. Hij komt namelijk uit Israël, met een Israëlische auto. Om verder naar Palestina te kunnen, moeten we overstappen in een Palestijnse auto met een Palestijnse chauffeur. Maar eerst gaan we naar de Shepherds Fields, met Elijah. Dat is een vrolijke gozer, die ons meeneemt naar de plek waar misschien de drie wijzen uit het Oosten verbleven. Maar dat kan ook een stukje terug zijn geweest, daar is men niet zeker van.


Judea Desert

Camel in the desert

In elk geval zijn hier grotten, waarin een hele gemeenschap verbleef. De verschillende grotten hadden verschillende functies, net als in een niet-grottendorp. Denk aan een keuken, woonvertrekken, slaapvertrekken en natuurlijk een stal voor het vee. Dat laatste was dan weer bovengronds. Gaat anders zo stinken, geiten in je slaapkamer… Er staat ook een schattig kapelletje. Het schijnt nogal populair te zijn, je mag er maar een kwartier binnen blijven. Het is er best een beetje druk en het is maar klein, wij hebben geen kwartier nodig.


Deir Hajla

Deir Hajla

We zoeken Elijah weer op – die was even buiten blijven wachten – en stappen dan in de nieuwe auto. We rijden naar een ander kunstwerk van Banksy: die waar een soldaat een bos bloemen (in plaats van een granaat) gooit. Een stukje verder nemen we afscheid van Elijah en rijden wij verder met de chauffeur, die heel aardig is maar waarvan ik de naam niet weet. De chauffeur weet ook ontzettend veel van de omgeving en spreekt goed Engels, dus eigenlijk is hij ook onze gids.

Hij vraagt of we zin hebben in koffie. Ja hoor. Midden op een kruispunt is een koffiestalletje, als een drive-tru. Handig en de koffie smaakt goed! We gaan op weg naar Jericho. Jericho is zowel de oudste stad ter wereld als de laagst liggende: het ligt 260 meter onder zeeniveau. De Dode Zee, waar we gisteren nog waren, is het allerlaagst en is hier ook niet ver vandaan. Israël en Jordanië delen immers deze zee.


Qasr el Yahud bij de Jordaan

De Jordaan

Op weg naar de stad stoppen we bij een bord dat aangeeft dat we op zeeniveau zitten. In en om Jericho is het trouwens erg warm, veel warmer dan in Bethlehem en Jeruzalem. Was het daar iets van 25 graden, hier is het maar liefst 38. We zijn dan ook in de droge Judea woestijn. Het regent er misschien vijf minuten in de winter, verder is het gortdroog. Daarom groeit er ook niet of nauwelijks iets. Je hebt hier wel veel bedoeïenen, in hun provisorische huizen en met een kudde vee.


Doop in de Jordaan

Allemaal een jurk aan

We rijden de bergen in, naar de prachtige Nabi Musa Moskee. Hier moet ik mijn haren bedekken en gelukkig heeft de chauffeur daarvoor een hoofddoek meegenomen. Ik heb namelijk mijn sjaal niet meegenomen. De moskee is prachtig, tenminste, het binnenplein en de koepels op het dak. Het is er ook heerlijk rustig, we komen alleen een paar vriendelijke mannen tegen. Als we zijn uitgekeken, rijden we nog een stukje verder, voor een spectaculair uitzicht over de woestijn met de bergen en op de moskee.


Jericho

Jericho

Dan worden we naar het Grieks-orthodoxe klooster Deir Hajla gebracht. Of op z’n Hollands: het klooster van Sint Gerasimus. Bij de ingang is een winkeltje waar ze drinken, vers fruit en snackjes verkopen. We krijgen een dadel aangeboden, om te proeven. Lekker hoor. Maar we kopen drinken, geen dadels. We kopen ook een flesje voor de chauffeur, het is immers een warme en dorstige dag. Dan bekijken we het complex. Het klooster zelf is een mooi gebouw met een schattig binnenpleintje.

We gaan weer verder. Volgende stop is bij de Jordaan. De rivier, niet de volksbuurt in onze hoofdstad. In de rivier worden mensen gedoopt. Want uiteraard heeft ook de Jordan River een religieuze betekenis. En daar zijn weer allerlei varianten op. Zo is er een groep donkergekleurde mensen, die met steeds dezelfde twee regels muziek, mensen dopen. Tenminste, er staat een kerel in het water, die degene die gedoopt wil worden, water uit de rivier over het hoofd gooit.


Dat zeg ik

Mount of Temptation

De omstanders zingen de twee regels, begeleid door een vreselijk valse gitaar. Volgens een andere versie moet je blijkbaar een witte jurk aan en met je enkels in het water gaan staan. Of zo. Wij kijken met verbazing, voor we onze chauffeur weer opzoeken. Nu rijden we door naar Jericho, de groene oase in de woestijn. We stoppen even bij de boom van Zacheüs, ook wel Sycamore Tree genoemd. Ook deze wilde vijgenboom speelt een rol in de bijbelse verhalen.


Mount of Temptation

Mount of Temptation

Maar de belangrijkste bezienswaardigheid in Jericho is toch wel de Mount of Temptation. Of op zijn Hollands: de Berg der Verzoeking. Op de berg is een klooster en je kunt er met een kabelbaan naartoe. Kost 60 shekel, oftewel 20 euro. Per persoon. Dat hebben we er niet voor over. Dat klooster en de berg zijn van een afstandje prima te zien. We rijden eerst naar de voet van de berg, voor een goed uitzicht.


Uitzichtpunt

Hoop stenen De oude stad

Dan gaan we naar een winkelcentrum, vanwaar je op de zesde verdieping nog eens een mooi uitzicht hebt. Bij aankomst krijgen we een heerlijk verfrissend glaasje citroensap. Dat gaat er wel in, met dit warme weer. Dan naar boven voor het mooie uitzicht. We zien niet alleen de berg, maar ook de oude stad Jericho. Niet dat je een oude stad ziet, nee, het is een berg zand en wat stenen. Nu heb ik best wat fantasie, maar ik zie er geen oude stad in.


Dat zeg ik:

De oudste stad

We gaan terug naar de auto en stoppen nog even bij een ander schattig, Grieks kerkje, die van Elisha. Ook hier staat een vijgenboom, waarvan men beweert dat het de bedoelde boom uit de bijbel is. Het zal best. Het kerkje zelf is mooi gekleurd van binnen. Goed, we zijn uitgekeken in Jericho en rijden terug naar Bethlehem. De chauffeur stopt onderweg om ons te trakteren op broodjes falafel en koud water. Wat lief! De broodjes zijn erg lekker.


Elisha’s church

Elisha’s church

In Bethlehem hebben we blijkbaar nog een paar bijbelse sites tegoed, te beginnen met de Milk Grotto. Het verhaal erbij is dat Maria hier borstvoeding gaf aan Jezus en daarbij knoeide. Er viel wat melk op de grond, dat verpulverde tot poeder. Zou Nutricia zo op het idee zijn gekomen…? We lopen braaf door de grot, maar snappen niet zo goed waar we naar kijken. We stappen weer in de auto en rijden de hoek om. Daar wacht een gids ons op, om ons mee te nemen door de Nativity church of geboortekerk.

Andy gelooft het wel, die gaat lekker op het bijbehorende plein mensen kijken. Ik ga mee de kerk in. Deze kerk zou zijn gebouwd op de stal waar Jezus is geboren. Boven die plek is een soort altaartje, waar ze op de grond een ster hebben gemaakt. Er staat een hele rij mensen te wachten om die plek te mogen zoenen. Dat betekent op je knieën, kont omhoog en hoofd naar de grond. Valt niet voor iedereen mee en er wordt nogal wat afgemoond. Lijkt me ook niet zo fris, al dat gelebber op de grond. Iets met corona en besmettingen…


Milk Grotto

Milk Grotto

We wandelen verder, door de kerk zelf en naar een ander deel waar net een dienst bezig is. Er wordt luidkeels gezongen in elk geval. We wandelen het hele complex door en de gids vertelt wat er te zien is. Ik heb het niet allemaal onthouden. Ik heb er ook niet zoveel mee, aangezien ik niet gelovig ben. Weer buiten zoeken we Andy op, nemen afscheid van de gids en stappen terug in de auto. We hebben nu alle bezienswaardigheden wel gehad. Mag ook wel, het is inmiddels half vijf en we zijn al de hele dag op pad.

We worden naar de ontmoetingsplek met de eerste chauffeur gebracht. We bedanken de tweede met 50 shekel fooi en stappen over in de andere auto. We vragen of we bij de Damascus Gate afgezet kunnen worden. Dat is het dichtste bij ons hotel. De chauffeur doet zijn best. Dat valt niet mee, want het blijkt vandaag een Joodse feestdag te zijn. De hele stad zit vast en er zijn ook wegen afgesloten. Waaronder die naar de Damascus Gate. Maar we komen erg dichtbij, dus terwijl het stoplicht op rood staat, stappen we snel uit. Andy kan nog net 12 shekel fooi aan deze chauffeur geven.


In de Grieks-Orthodoxe rij

Aanbiddingsplaats

We besluiten meteen maar een hapje te gaan eten. Dat zou aan deze kant van de muur goed te doen zijn, hoorden we gisteren. We zien alleen niet zoveel restaurantjes. Nou ja, eentje is zat. Er is een tafeltje vrij, dus schuiven we aan voor kebab en friet. Daar betalen we 130 shekel voor. Ook heel veel, maar een stuk minder dan gisteren. En deze mensen zijn wel aardig. Als we vol zitten, lopen we terug naar ons hotel. Daar komen we om zeven uur aan. Zo, dat was een lange, maar mooie dag! Nu eerst de hitte van ons afdouchen en dan nog wat aanlummelen tot het weer bedtijd is.


Dag 12 – Woensdag 12 oktober 2022

Weer: Alweer warm, 29c
Doel: Jeruzalem en naar Tel Aviv
Gereisd: Jeruzalem – Tel Aviv, 65 km
Hotel: Florentin House, €124,40

Van Jeruzalem naar Tel Aviv

Vandaag trekken we weer verder. Per huurauto, naar Tel Aviv. Die auto halen we vanmiddag om twee uur op, zodat we nog de ochtend hebben om Jeruzalem te bekijken. Want we zijn bijvoorbeeld nog helemaal niet bij de Klaagmuur geweest. Maar eerst ontbijten in het hotel. Dan pakken we onze spullen verder in en stallen die bij de receptie. Kunnen wij op ons gemak door de oude stad wandelen. Eerst dus naar de Klaagmuur, oftewel Westmuur. Die ligt op de Tempelberg, de heuvel in de oude stad.


Plein vol Joodse mannen

De Westmuur

De muur is het restant van een plateau, waar ooit een Joodse tempel op stond. Die werd door de Romeinen vernietigd, het enige dat overbleef is de Westmuur. Daar waren de Joden het niet mee eens, ze gingen bij de muur staan om te klagen over de vernietiging. Daarom wordt hij ook Klaagmuur genoemd. Voordat je bij de Klaagmuur kunt komen, moet je eerst door een veiligheidscontrole. Dan komen we bij het plein, waar het zwart ziet van de mensen. Gisteren waren er al veel mensen op pad voor de feestdag. Vandaag zijn het er nog veel meer!

Die moeten allemaal vanochtend bij de Westmuur zijn. Het plein is afgeladen vol met Joods-orthodoxe mensen. Dat zijn de Joden met de vaak zwarte kleding, pijpenkrullen en een keppel of hoed op. De mannen dan. De vrouwen dragen vaak een soort hoofddoek. Maar die zie je hier nauwelijks, het lijkt vooral een evenement voor mannen te zijn. Oh ja, want het is Soekot, of Loofhuttenfeest. Door al die mannen op het plein kunnen we niet bij de muur zelf komen. Dat deel is namelijk afgezet en bovendien afgeladen vol met mensen.

We blijven daarom niet te lang rondhangen, maar lopen naar het Heilig Grafkerk, of de Church of the Holy Sepulchre. Daar waren we gisteren ook al even, nu gaan we op het bijbehorende pleintje koffie drinken. En een beetje mensen kijken, altijd leuk. Ik loop ondertussen ook even de kerk binnen. Middenin is een grote graftombe. Dat zou het graf van Christus zijn. Het zal best, het is in elk geval bijzonder en best mooi. Als we klaar zijn met koffiedrinken, wandelen we nog wat rond door de oude stad en gaan dan op zoek naar de uitgang van Old City via de Jaffa Gate. Net als alle Loofhuttenfeestgangers, blijkt. Er trekt een hele stoet naartoe. We sjokken maar gewoon mee met de meute, tot we buiten komen.

We zijn eigenlijk wel een beetje klaar met Jeruzalem. Het is veel omhoog lopen, heel veel mensen en best wel erg warm. Dus wandelen we op ons gemak naar King David Court, waar onze autoverhuurder zit. Daar komen we net na twaalf uur aan. Er blijkt een probleem met voorradige huurauto’s. Er staan mensen al de hele ochtend te wachten op een beschikbare auto. Wij zijn eigenlijk te vroeg en ook onze auto is er nog niet. Geeft niet, wachten we even.

Tegen een uur kunnen we de papieren regelen voor de auto. Die staat een klein stukje verderop geparkeerd, in een grote parkeergarage. Als we daar aankomen, blijkt de computer gecrasht te zijn. Die hebben we nodig, want elke auto moet met een code gestart worden. De computer weet de codes… De mensen hier zijn trouwens erg onvriendelijk en blijkbaar niet bestand tegen een dag dat alles tegenzit. Het duurt erg lang voor die computer weer is gefixt.


Jaffa Gate

Jaffa Gate en autopech

Ondertussen komen de jongens van het kantoor van daarstraks, er wordt een pizza bezorgd en dan lijkt het of ze met zijn allen in een auto stappen en verdwijnen. Uhm, hallo? Wat is er nu aan de hand, hoe lang duurt het nog? Er blijft een jongen achter, de vice manager, en die vindt dat we onbeleefd doen. Ja, wees dan duidelijk en laat je klanten weten waar ze aan toe zijn! Nee, hij is beledigd en blijft de rest van de tijd chagrijnig. Maar regelt ondertussen wel onze auto.


In Jeruzalem

In Jeruzalem

Dat is een Toyota Aygo. Ja, we wisten dat het een klein keuteltje is. Dat is bewust gekozen, want huurauto’s kosten hier een godsvermogen. We betalen voor twee dagen maar liefst €170,-. Maar hij is geschikt voor waar we ‘m voor nodig hebben, dus dikke prima. Als we dan eindelijk onze auto hebben, blijkt dat die code waarop we aan het wachten waren, eerst moet worden ingegeven op het dashboard, links van het stuur. Anders start hij niet. Nog nooit gezien. Het werkt en we verlaten de parkeergarage.

We rijden naar de parkeerplaats bij de Damascus Gate. Daar wacht Andy in de auto, terwijl ik naar ons hotel loop en iemand regel om onze bagage naar de auto te brengen. Dat kan met een soort bolderkar en kost 60 shekel (€17,-). Terug bij de auto blijken de koffers zowaar in het keutelautootje te passen. We rekenen af voor het parkeren – 12 shekel / €3,45 – en rijden de stad uit. Of sukkelen de stad uit, want het is filerijden tot buiten Jeruzalem. Dan kunnen we aardig doorrijden naar Tel Aviv.


Op weg naar…

Tel Aviv

We vinden ons hotel, Florentin House. Vlakbij is een openbare parkeerplaats, waar we voor 60 shekel de auto tot morgenochtend kunnen laten staan. We checken in en blijken een mooie ruimte kamer te hebben, met een balkon. We zien links de zee, rechts een stuk skyline van de stad. En tegenover ons hotel wat restaurantjes en dergelijke. Daar gaan we eten, lekker makkelijk. Ik neem gebakken rijst met kip, Andy worstjes met puree en saus. Smaakt best prima. Inclusief fooi betalen we 180 shekel, ruim 50 piek. Bij de buren verkopen ze Italiaans ijs. Dat lusten we wel als toetje. Gelukkig is het ook lekker, want het toetje kost 48 shekel, €13,75. We gaan terug naar onze kamer, mensen kijken vanaf ons balkonnetje. Dan is het alweer bedtijd, dus duiken we erin.


Dag 13 – Donderdag 13 oktober 2022

Weer: Wederom 29 graden
Doel: Israël bekijken
Gereisd: Rondje Israël, 334 km
Hotel: Florentin House, €124,40

Rondje Israël

Het heeft vannacht geregend. Ook vanochtend valt er nog een klein drupje, maar de rest van de dag is het droog en zonnig, gemiddeld 29 graden. Voordat we van onze laatste volle dag in het Midden-Oosten gaan genieten, gaan we ontbijten. We halen bij de receptie vouchers, zodat we bij de naastgelegen bar een broodje en drinken kunnen bestellen. Een ontzettend chagrijnig wicht brengt ons een broodje omelet en broodje zalm, met koffie en thee. Gelukkig smaken de broodjes lekkerder dan het humeur van het wicht doet vermoeden.


Druk verkeer in Tel Aviv

Tel Aviv

Tegen tienen zitten we in de auto, klaar om Israël verder te ontdekken. Dat valt niet mee, want het verkeer is hier vreselijk. Het is een en al file om de stad uit te komen en de rest van de dag krijgen we nog een paar keer te maken met langzaam rijdend en stilstaand verkeer. We zijn op weg naar het Meer van Galilea. Of dat van Tiberias of van Kinneret. Is allemaal hetzelfde water. Het is geen klein meer, nee, maar liefst 165 vierkante kilometer.


Binnenland Israël

Binnenland Israël

Na de Dode Zee is dit het tweede laagst liggende meer ter wereld. Maar dan met zoetwater: het is Israëls belangrijkste bron voor drinkwater. En het is een groot recreatiegebied, Er zijn stranden, je kunt er vissen of een boottocht maken. Oh ja, en Jezus liep eroverheen. Or so they say. Er wordt op deze mooie dag druk gebruik gemaakt van het meer. Het ligt er dan ook mooi bij. Wij stoppen en nemen een kijkje.


Meer van Galilea

Recreëren aan het meer

Dan steken we over naar de andere kant van het land, naar Akko. Dat is een leuk, oud kustplaatsje aan de Middellandse Zee. Of, zoals in de reisgidsen staat: “De Noord-Israëlische havenstad Akko lijkt zo weggelopen uit een Arabisch sprookje: een middeleeuwse stad met moskeeën, kronkelende straatjes en kleine huizen.” Als we komen aanrijden, zien we al de ommuurde stad. We rijden daarom eerst even naar het strand, voor een mooi uitzicht.


Best mooi

en groot

We proberen nog een beetje in het stadje zelf te zien. Dat valt alleen niet mee met al het verkeer en hier en daar een opstopping. We zoeken daarom maar snel de uitgang weer op. Van Akko zakken we verder langs de kust naar beneden en komen zo in Haifa. Deze badplaats is bekend vanwege de Baha’i Gardens. Die staan op de Werelderfgoedlijst. Tegen een steile bergwand op zijn tuinen gemaakt, in terrasvorm. Daarom wordt het ook wel de Hangende Tuinen van Haifa genoemd.


Binnenland Israël

Binnenland Israël

Bovenop de berg staat een mooi gebouw. Het is een graftombe, waar de overblijfselen van Báb zijn begraven. Báb was de grondlegger van het Bábisme en een van de centrale figuren van het Bahá’í-geloof. Ja, ik heb verder ook geen idee. Het gebouw en de terrassen zijn in elk geval mooi. En als je de trappen bij de terrassen omhoog loopt en dan omdraait, heb je een prachtig uitzicht over Haifa en de Middellandse Zee.


Akko

Akko

Het bovenste deel is afgesloten, je komt alleen tot het eerste plateau. Gelukkig maar, want het zijn heel wat trappen die omhoog gaan. Vanaf dat plateau heb je ook al een fantastisch uitzicht. Verder is hier weinig te doen en wij zijn ook wel een beetje klaar met Israël. We zetten daarom weer koers naar Tel Aviv. Dat valt nog niet mee, met dit idioot drukke verkeer. Hoewel we vandaag niet heel veel hebben gestopt en ook niet superveel kilometers hebben afgelegd, is het inmiddels half vier. Zijn we dus al bijna de hele dag onderweg.


Akko

Akko

Bij Tel Aviv zelf is het ook weer druk, we komen pas tegen vijf uur bij de parkeerplaats aan. We willen graag tot morgen, tot een uur of een parkeren. Dat is dan 80 shekel. Waarom? Gisteren was het nog 60 shekel. Ja, maar het is een feestdag. Welnee. Jawel, gisteren was het donderdag, toen was het goedkoper. Nee vriend, gisteren was het woensdag. Het is vandaag donderdag. En van die feestdag geloven we ook niet, want het is al de hele week feest. We worden het eens over 70 shekel, €20,-.

We gaan eerst naar onze kamer, even plassen en bijkomen met een kop koffie. Voor het eten doen we niet te moeilijk. Aan de overkant zit Florentin burger. We nemen allebei een cheeseburger met friet en een blikje drinken. Dat is dan 112 shekel, bijna 32 euro. We nemen maar geen toetje. We gaan nog wel een blokje om en daarna doen we hetzelfde als gisteren: mensen kijken vanaf ons balkonnetje.


Dag 14 – Vrijdag 14 oktober 2022

Weer: 30c in Israël, 12 in België
Doel: Old Jaffa en naar huis
Gereisd: Tel Aviv – Brussel – huis
Hotel: Huize Eysbroek

Terug naar huis

We beginnen de dag weer met een ontbijtje bij de aangrenzende bar. Deze keer een aardige gozer, maar het gaat mis met de bestelling. Daardoor moeten we erg lang wachten op onze broodjes omelet. Ze smaken gelukkig wel lekker. Om een uur of tien checken we uit en brengen onze bagage naar ons autootje. Gaan wij nog even in Old Jaffa kijken. Dat is een leuke buurt, heerlijk aan het water.


Old Jaffa

Old Jaffa

Er is een mooi uitzicht op de skyline van Tel Aviv. Vanaf dit deel wordt vooral volop gesurft. Maar er zijn nog meer stranden in Tel Aviv, waar je ook heerlijk kunt zwemmen of gewoon een beetje in de zon kunt bakken. Wij zitten op een bankje, gewoon een beetje in de zon te bakken. Want het is alweer 30 graden. Het heeft vannacht nog even geregend, maar daar merk je weinig van.


Old Jaffa

Beachlife Tel Aviv

Als we uitgekeken zijn, wandelen we terug naar de auto. We rijden nog even langs Rotschild Boulevard, de bekendste straat van Tel Aviv denk ik. Het is in elk geval een van de oudste straten in de stad. Dan zetten we koers naar het vliegveld. Daar komen we rond half een aan. We leveren de auto in en wachten even op de shuttlebus naar het vliegveld.

Nu waren we gewaarschuwd dat we ook op de terugweg een verhoor kunnen krijgen door de Israëlische douane. We zijn dus weer voorbereid. Maar ook nu geen kruisverhoor. Gewoon wat vragen wat we van elkaar zijn, wie de koffers heeft ingepakt, of we nog iets van iemand hebben meegekregen, wapens bij ons hebben. Dat was het, eitje! We gaan maar meteen inchecken en door de controle.


Skyline Tel Aviv

Old Jaffa

We hebben best een beetje honger, het is inmiddels iets van half twee. We nemen allebei een hamburger van McDonalds, voor 63 shekel oftewel een tientje per burger. Ja, dat is idioot veel. Van ons laatste geld kopen we nog drinken, wat dan weer wel redelijk normaal geprijsd is. Drie piek per flesje betaalden we in Brussel ook. Dan begint het wachten op onze vlucht naar Brussel, met Brussels Airlines.


Tel Aviv

Rotschild Boulevard

De vlucht gaat verder prima, hoewel een beetje karig. Kregen we bij Egyptair en Royal Jordanian eten en drinken, hier is dat alleen tegen betaling. Terug in Brussel wachten we op onze koffers en lopen dan naar de bushaltes, voor onze shuttle naar de parkeerplaats. Die blijkt pech te hebben. Ze hebben een klein busje ingezet, maar er zijn meer mensen en koffers dan plek in het busje.


Ben Gurion Airport

Taxi!

Aangezien het blijkbaar al even duurt, wordt besloten dat de autochauffeurs met het busje meegaan naar de parkeerplaats. Die halen dan met de auto de rest + bagage op. Prima, ik wacht wel even. Andy komt na een half uurtje of zo terug met de auto. Koffers erin, Jans erin en we kunnen naar huis, nagenieten van deze mooie vakantie!


Epiloog

Wat was het weer een mooie reis! Vijf landen, alle vijf heel verschillend. We begonnen onze reis in Egypte. In Caïro, om precies te zijn. Egypte is natuurlijk veel groter dan de hoofdstad en je kunt hier prima drie weken vakantie houden. Wij zijn niet van het duiken, een Nijlcruise hoefde voor ons ook niet en de piramides en Sfinx in Gizeh vonden we wel genoeg archeologie voor een vakantie. Alleen Caïro dus.

En wat was dat gaaf! Mijn ogen waren gewoon moe van alle indrukken die ze moesten verwerken. Nu hadden we twee dagen lang een geweldige gids, waar we veel lol mee hadden. Dat helpt natuurlijk ook. We verbaasden ons over alles dat zich op en om de straten afspeelt. Natuurlijk waren de piramides en de Sfinx een hoogtepunt. Hoewel je al weet hoe die eruit zien… Heel verrassend waren ze dan ook niet. Wel groot!

Het Egyptisch Museum is een must, ook als je niet zo van de musea bent, net als wij. De Citadel is een prachtig complex en hou je van winkelen, kun je je hart ophalen in de Khan El-Khalili bazaar. Maar wat op ons de meeste indruk heeft gemaakt en we ons ook altijd zullen herinneren, is toch wel Garbage City. En de vriendelijke mensen daar. Respect voor de Zabbaleen, die hier wonen en werken tussen en met afval.

Van Caïro vlogen we naar Beirut, Libanon. Hier waren we minder goed op voorbereid. We wisten natuurlijk van de ramp met de ontplofte hangar. Maar ergens hadden we gemist dat het er economisch en politiek zo’n puinhoop is. Geld dat niets meer waard is, vaak geen elektriciteit, veel mensen dakloos en zonder werk, door de explosie. Hadden we dit wel meegekregen, waren we misschien niet gegaan. Dus ben ik blij dat we het niet hadden meegekregen!

Libanon is namelijk een prachtig land, met prachtige mensen. Het heeft alles dat je van een fijn land verwacht: zee & strand, bergen & valleien, oude havenstadjes & pittoreske bergdorpjes, skipistes & oeroude bossen. Beirut ligt dan deels nog steeds in puin, je ziet wel wat een fijne, mondaine stad het was en hopelijk weer wordt. Ik hoop echt van harte dat ze er bovenop komen en weer de grandeur van vroeger terugkrijgen.

Na Libanon stond Jordanië op het programma. Hier huurden we een auto, zodat we zelf naar Petra konden rijden. Zo doorkruisten we een groot deel van het land, dat ons veel aan Marokko deed denken. Jordanië was wel de kers op de taart van deze reis. Een prachtig land met hele vriendelijke mensen. Dat je langs de weg een praatje maakt met een bedoeïenen-boer, die je meteen uitnodigt voor een kopje koffie. Zulke vriendelijkheid.

Petra is, zoals verwacht, geweldig mooi en erg indrukwekkend. Het moment dat je aan het einde van The Siq (de kloof) bent en de eerste glimp van The Treasury ziet… Kippenvelmomentje. Je kunt hier mooie wandelingen maken langs al die bijzondere graftombes. In Wadi Musa, waar Petra ligt, hadden we een heel leuk guesthouse, waar we het erg naar ons zin hadden. Gastheer Shadi zorgde voor een ontspannen sfeer, goed eten en alle hulp die je wilt bij je verblijf in Jordanië.

Van Petra reden we weer dat mooie land door, naar de Dode Zee. Hier maakten we ook meteen kennis met het leven in een vakantieresort. Dat is net als op een cruiseboot, maar dan telkens op dezelfde plek. Cruisen vinden we superleuk, in een resort zullen we niet zo snel weer gaan. Veel te groot, druk en je krijgt er weinig van het land zelf mee. Dobberen in de Dode Zee was bijzonder. Ja, je blijft echt drijven en nee, daar hoef je geen enkele moeite voor te doen! Raar hoor.

In Jordanië staken we de King Hussein Bridge over naar Israël. Dat vonden we best spannend, omdat dit en een lastige grensovergang zou zijn, en omdat we nu stempels uit Libanon in onze paspoorten hebben. Misschien hadden we geluk, maar het stelde weinig voor. De grens over van Georgië naar Armenië, in april dit jaar, was een stuk ingewikkelder. Of van de Emiraten naar Oman. Of om Rusland te kunnen verlaten. Of om van Canada terug naar de USA te rijden.

Dat viel dus heel erg mee. Israël zelf helaas niet, dat was wel een beetje de domper van deze reis. Het land vonden we niet echt mooi, vooral niet vergeleken met Libanon en Jordanië. De mensen zijn gemiddeld genomen niet aardig. En het is er gruwelijk duur. De benzine is er zelfs nog duurder dan bij ons, en wij zijn al een van de duurste landen. Het helpt misschien als je gelovig bent, dan waardeer je het land waarschijnlijk meer. Of beleef je het in elk geval anders dan wij.

Jeruzalem is zeker mooi en de oude stad heel bijzonder. Tel Aviv is een hippe badplaats, waar een laid back, backpack sfeer hangt. Jaarlijks heb je hier de Tel Aviv Pride. Een week lang evenementen, met als hoogtepunt de Pride Parade, die meer dan 250.000 bezoekers trekt. Haifa en Akko zijn leuk, net als het meer van Galilea. En dan heb je het wel een beetje gehad. Toch heel anders is Palestina. Dat bestaat vooral uit woestijn. Tenminste, op de Westelijke Jordaanoever, waar wij waren. Aan de Gazastrook zal je best stranden en bomen hebben, aangezien dat aan zee ligt. Maar dat is onveilig gebied.

Palestina staat natuurlijk bol van de Bijbelse plekken, vooral in Bethlehem. Die kun je allemaal bezoeken. Daarbij helpt het dus wel als je gelovig bent. Ik heb er vooral met verbazing naar gekeken. Je kunt je laten dopen in de Jordaan en de Mount of Temptation bezoeken in Jericho. Ook kun je aan deze kant in de Dode Zee dobberen. Die ligt immers op de grens met Jordanië. De resorts liggen echter vooral aan de Jordaanse kant.

Wat ik het mooiste vond in Palestina, was het woestijnlandschap en de kunstwerken van Banksy. En de mensen waren hier vriendelijker dan in Israël. Maar nog niet zo vriendelijk als in de andere drie landen die we bezochten. Wij hebben in elk geval weer mooie ervaringen opgedaan. Israël raden we niet meteen aan, maar de rest moet je toch echt eens zelf gaan beleven!


We kunnen door deze reis weer een aantal landen toevoegen aan onze “been there”-lijst. De teller staat nu op 75!

Facts & Figures 2022
Continent Afrika
Hoofdstad Caïro
Grootte tov Nederland 24 x groter (1.002.000 km2)
Aantal inwoners 104 miljoen / 103,9 per km2
Beste reistijd Niet in de zomermaanden
Visum nodig? Ja, voor vertrek online regelen
Tijdsverschil met Nederland Geen
Munteenheid Pond (EGP): 10 pond = €0,52
Taal Arabisch
Facts & Figures 2022
Continent Azië
Hoofdstad Beirut
Grootte tov Nederland 4 x kleiner (10.542 km2)
Aantal inwoners 5,5 miljoen / 523,3 per km2
Beste reistijd December t/m april
Visum nodig? Gratis on arrival
Tijdsverschil met Nederland 1 uur later
Munteenheid Pond (LBP): is niets waard…
Taal Arabisch
Facts & Figures 2022
Continent Azië
Hoofdstad Amman
Grootte tov Nederland 2,1 x groter (89.328 km2)
Aantal inwoners 10 miljoen / 121,1 per km2
Beste reistijd Voor- en najaar
Visum nodig? Ja, voor vertrek JordanPass kopen
Tijdsverschil met Nederland 1 uur later
Munteenheid Dinar (JOD): 1 dinar = €1,40
Taal Arabisch
Facts & Figures 2022
Continent Azië
Hoofdstad Jeruzalem (betwist)
Grootte tov Nederland 1,9 x kleiner (22.072 km2)
Aantal inwoners 9,4 miljoen / 427,8 per km2
Beste reistijd Maart-mei en oktober
Visum nodig? Niet voor Nederlanders
Tijdsverschil met Nederland 1 uur later
Munteenheid Shekel (NIS): 1 shekel = €0,30
Taal Hebreeuws
Facts & Figures 2022
Continent Azië
Hoofdstad Jeruzalem en Ramallah
Grootte tov Nederland 6,9 x kleiner (6.020 km2)
Aantal inwoners 4,8 miljoen / 800,4 per km2
Beste reistijd Maart-mei en oktober
Visum nodig? Niet voor Nederlanders
Tijdsverschil met Nederland 1 uur later
Munteenheid Shekel (NIS): 1 shekel = €0,30
Taal Arabisch

Reacties zijn gesloten.