“Amsterdam die grote stad, die is gebouwd op palen. Als die stad eens ommeviel, wie zou dat betalen?” Dit kinderversje heb ik vroeger vaak gehoord over mijn geboortestad. Inderdaad, geboortestad. Nou ja, ik ben van over het IJ. Volgens de echte Amsterdammers telt dat niet. En toen ik twee was, verhuisden we naar Friesland. Ik ken Amsterdam dus eigenlijk alleen van de bezoekjes daarna. Andy is ook in Amsterdam geboren. Tot zijn achtste woonde hij er, op drie verschillende adressen. Alleen de laatste twee herinnert hij zich. Dat is in elk geval meer dan ik me ervan herinner.
Waarom ik dit vertel? Omdat het tijd is voor een weekendje in onze geboortestad. In onze hoofdstad. Natuurlijk zijn we er al vaker geweest. Maar dat is allemaal alweer even geleden. We doen het daarom in juli 2019 nog eens over.
Nu is Amsterdam inmiddels erg populair onder toeristen. De stad wordt ermee overspoeld, zeggen ze. Dat betekent onder andere dat er veel vraag is naar accommodatie. Je kent natuurlijk het spelletje vraag – aanbod. Inderdaad, hotelkamers zijn behoorlijk aan de prijs. Dat is ook de reden dat we nog niet eerder een weekendje zijn gegaan. Ik verdom het om meer dan €100,- per nacht te betalen in eigen land. Gelukkig is er een voordeliger optie: slapen in Amstelveen.
Daar kunnen we betaalbaar slapen, de auto gratis parkeren en handig met sneltram 51 in een keer naar Amsterdam Centrum. Zó jammer dat ze sneltram 51 uit de running hebben gehaald… Het alternatief blijkt echter ook prima. Parkeren op een Park & Ride parkeerplaats en met de tram naar de stad. De tram kun je met je OV-kaart betalen of gewoon met een bankpas of ander betaalmiddel.
Je kunt ook een dagkaart van het GVB kopen. Voor €8,- per persoon mogen we 24 uur met tram, bus en metro van de GVB mee. Je kan de dagkaart gemakkelijk online bestellen, dan heb je ‘m een paar dagen later in de brievenbus. Wil je de bezorgkosten besparen, dan kun je ook op een aantal locaties in de stad terecht.
Goed, overnachting geregeld, parkeren en vervoer geregeld. Dan een plan om Amsterdam te bekijken. Een stadstour is natuurlijk ideaal, op welke manier dan ook. Er worden legio tours aangeboden. Per fiets, lopend, per boot of… per segway. Ha, wij vinden segway rijden geweldig leuk! We hebben het nu twee keer gedaan. In Washington DC, langs alle monumenten, en op het eilandje Comino, dat bij Malta hoort. We hoeven dan ook niet lang na te denken: we gaan per segway door Amsterdam. De prijs valt mee, €59,- per persoon voor anderhalf uur.
Amsterdam moet je natuurlijk ook per boot bekijken. Ik zie alleen die geijkte rondvaartboten niet zo zitten. Veel teveel mensen en je zit er achter glas. Met een kleinere sloep lijkt me leuker. Dus boek ik een rondvaart van een uur, voor €16,- pp. Dan is er sinds 2016 een bijzondere attractie in de stad: Over the edge. Bovenop de A’DAM Toren kun je gezellig schommelen, met je voetjes over de rand. Entree tot de toren is €12,50 pp als je online bestelt. Voor de schommel betaal je vijf euro extra. Wil je niet schommelen, kun je er ook van het fantastische uitzicht genieten.
Vrijdag 12 juli rijden we na het werk naar Amstelveen. We hebben geboekt bij B&B Rentmeester, voor €72,- per nacht. We worden hartelijk begroet en naar ons tuinhuisje gebracht. We zien en horen een vliegtuig overkomen. En nog een. Dat houdt om elf uur op, vertelt eigenaar Dick. Oh, okay. We maken het ons gemakkelijk in ons huisje. Dat is klein maar fijn. Behalve het slaapgedeelte is er een badkamer, een zitje en een eethoekje. De vliegtuigen zijn inderdaad vanaf elf uur stil, dus kunnen we lekker gaan slapen.
De volgende ochtend zitten we om zeven uur rechtop in bed. Het vliegen is weer begonnen en er komen aan de lopende band vliegtuigen over. Man, wat een herrie! Dit hebben we niet gelezen in de reviews… Of zouden die mensen hier niet van vrijdag op zaterdag hebben geslapen? Wij zijn in elk geval not amused hierdoor. Nou ja, als we toch wakker zijn, staan we maar op. Krenten als we zijn, hebben we zelf ontbijt meegenomen. Dat beviel vorige maand in Alkmaar ook prima.
Als we helemaal klaar zijn, rijden we naar P+R Bos en Lommer. Zó jammer dat die vol is. Snel op zoek naar een alternatief. Dat wordt P+R Sloterdijk. Daar is voldoende plek. We moeten het station Sloterdijk oversteken om bij de tramhaltes te komen. Lijn 19 komt er net aan. Die kunnen we tot ons eindpunt Bilderdijkstraat nemen. Je kan trouwens heel gemakkelijk met de GVB-app of website je route plannen.
We lopen een klein stukje naar het Bilderdijkpark en zien daar het uithangbord HOH. Daar staat een jongedame voor de deur: onze gids. Het is een gezellige meid van Duitse origine. Ben helaas haar naam vergeten. We krijgen een privé tour, want we zijn de enige twee deelnemers. Uitstekend! Na de kennismaking en ondertekenen van het aansprakelijkheidsformulier mogen we een oefenrondje maken. Nu zijn wij natuurtalenten <…>, dus snel klaar met het oefenrondje.
Nee serieus, segway rijden is niet moeilijk. Je moet het even doorkrijgen. Dat gaat als het goed is heel snel, in de eerste paar minuten. We kunnen in elk geval snel op pad, achter de gids aan. Amsterdam is natuurlijk erg druk, veel fietsers en onoplettende toeristen. Goed uitkijken dus. Onze gids is in elk geval erg voorzichtig met oversteken. Waar wij als echte Hollanders allang waren doorgesjeesd, wacht zij netjes.
Omdat het zo druk is in de stad, heb je geen gelegenheid ergens even te stoppen en bijvoorbeeld foto’s te maken. Dat is jammer. Gelukkig kunnen wij filmen/foto’s maken tijdens het rijden. Dat is het voordeel als je het al vaker hebt gedaan. De tour is heel leuk en we zien veel van het moois dat de stad te bieden heeft. Onze gids is ook erg onderhoudend. Oh, we hebben trouwens oortjes in en een helm op. Dat laatste is verplicht. De oortjes kraken alleen nogal, dus het is niet altijd goed te verstaan. Gelukkig geeft dat geen problemen.
We rijden onder andere langs de grachten, over het Leidseplein, langs de Dam en door het Rijksmuseum. En natuurlijk over het grote Museumplein. We horen veel dingen die we niet wisten. Bijvoorbeeld dat Madonna ooit in de Melkweg stond. Of hoe het oude politiebureau aan het Leidseplein een coffeeshop van The Bulldog werd. En dat je met Oud & Nieuw naar café Hans & Grietje moet, aan de Spiegelgracht.
Om half een zijn we terug bij het beginpunt. We mogen zelf de segways naar binnen rijden. We nemen afscheid van onze gids en wandelen naar de tramhalte. Met lijn 19 gaan we door naar de Stadshoudersgracht. Daar steken we de Singelgracht over naar het Rijksmuseum. We hebben namelijk nog wel even tijd tot onze volgende tour. We gaan daarom eerst het Museumplein nog wat beter bekijken.
In de passage van het Rijksmuseum zit een klassiek orkestje te spelen. Ze zijn erg goed en krijgen terecht een groot applaus. We gluren naar binnen bij het museum zelf. We hadden even overwogen er naartoe te gaan, om de Nachtwacht met eigen ogen te zien. Ze zijn echter afgelopen maandag aan de restauratie van het bijzondere schilderij begonnen. Dat begint met een grondig onderzoek. Daarna wordt de beste manier van restaureren bepaald en uitgevoerd.
Gaat nog wel even duren. Bezoekers kunnen alle vorderingen volgen, want de restauratie gebeurt en publique. Het schilderij en de werkzaamheden worden achter glas uitgevoerd, zodat je mee kunt kijken. Maar ja, wil je een foto van het gevaarte maken, staat er vast wel iets in de weg: apparatuur, restaurateurs, onderzoekers. Daarom gaan we maar niet. Oh ja, en we houden niet zo van musea… Tenminste niet van musea met 17e eeuwse kunst en schilderijen.
Dus lopen we naar de andere kant van het indrukwekkende gebouw, naar het Museumplein. Hier vind je nog meer musea: het Van Gogh-museum, het Stedelijk Museum en het MOCO. Er staat ook wat kunst op het plein en in de vijver. Vandaag is dat een gigantisch varken en een groot, roze kruis. En er is een – ik denk – Pools jongerenkoor. Terwijl we bij de vijver zitten, doen zij een paar liedjes. Gezellig!
Zo zie je dat het plein voor allerlei doeleinden wordt gebruikt. Dat begon al in de 19e eeuw. Toen werd hier de Wereldtentoonstelling van 1883 gehouden. In de winter was het de ijsbaan van Amsterdam. Er werden zelfs een aantal internationale kampioenschappen georganiseerd. Oorspronkelijk zouden op het terrein villa’s komen, met het Rijksmuseumgebouw als toegangspoort. Men besloot echter om een groot deel open te laten en op slechts een deel te bouwen. Zo werd in 1903 het Museumplein officieel geboren.
Nu is het een gezellig plein, omringd door prachtige gebouwen. Je kan er voetballen, frisbeeën, picknicken of gewoon een beetje hangen en uitrusten. Het is ook de verzamelplaats voor de toeristenbussen, die ergens onder het plein staan geparkeerd. Verder worden hier allerlei evenementen en demonstraties gehouden. Denk aan Uitmarkt, Koninginnedag, Bevrijdingsfeesten en de huldiging van Ajax, afgelopen mei.
Oh en tot eind 2018 stonden hier de letters “I amsterdam“. Bedoelt om het toerisme in Amsterdam te stimuleren. Nou, dat is wel gelukt! Het werd een beetje het symbool van Amsterdam en trok veel mensen aan. Zo veel, dat de gemeenteraad van Amsterdam besloot dat het moest verdwijnen, als symbolische daad in de bestrijding van het massatoerisme dat Amsterdam nu overspoelt. Op 3 december 2018 werden de letters verwijderd.
We lopen weer terug naar de Singelgracht. Om 2 uur start daar als het goed is onze rondvaart met de sloep van KINboat. Het duurt even tot iedereen van de vorige tour van boord is. Er blijkt een bar aan boord te zijn en die mensen moeten nog afrekenen. Dat gaat een beetje chaotisch en duurt best lang. Maar dan mogen we aan boord. Andy en ik gaan elk aan een kant van het roer zitten. We gokken dat dat de beste plek is om foto’s te maken.
Want al snel blijkt dat deze sloep helemaal niet handig is daarvoor. Je zit met je gezicht naar binnen. Als je een foto maakt, heb je of het hoofd van degene tegenover je erop, of je moet je hoofd 180 graden draaien. Best moeilijk, als je geen uil bent. Er kunnen 25 mensen aan boord. Ik gok dat we vandaag met ongeveer 20 mensen zijn. Daarmee zit het al aardig vol. We gaan op pad. Kapitein Beatrijs is ook de gids. Ze heeft echter een hele zachte stem en is daardoor haast niet te verstaan. Een microfoon was handig geweest.
Voorin de boot lijkt een andere tour te zijn dan achterin, waar wij zitten. Scheepsmaatje Soraya bedient de bar. Ze vermaakt zich uitstekend met cocktails maken voor de twee aandacht eisende mannen. Beatrijs moet regelmatig haar aandacht vragen om haar werk te doen. Dat is: zorgen dat we veilig de grachten kunnen oversteken. De tocht zelf is prima, zoals denk ik alle tochten door de grachten zijn. Alleen jammer dat het begint te regenen. En flink ook. Daar zit je dan, in je open sloep…
Er was helemaal geen regen voorspeld. Okay, het zou niet het meest zonnige weekend worden, maar het zou potdorie wel droog blijven. Niet dus. Onbetrouwbare Buienradar. Nou ja, het is een bui, daarna wordt het weer droog. We vinden het niet heel erg als we na een uur weer aan wal staan. Geen fooi voor de dames van ons. We zoeken de tramhalte op en nemen een tram naar het schitterende Centraal Station.
Aan de achterkant van het station gaan de pontjes over het IJ. Die pontjes zijn voor voetgangers en fietsers en ze zijn gratis. Aan de overkant staat de A’DAM-toren, met bovenop de Lookout. Daar hebben we kaartjes voor. Die laten we zien en gaan in de rij voor de lift. Eerst kom je langs de fotostand. Wij hebben geen zin om op de foto te gaan. Als je dat wel doet, worden ze bewerkt zodat het lijkt of je boven Amsterdam hangt. Die foto’s kun je later gratis downloaden.
Dan kunnen we in de lift. Die brengt je in 20 seconden naar de 20e verdieping. Onderweg heb je een mooie lichtshow boven je. Je kunt ook alleen maar naar boven kijken, want de lift wordt flink volgepropt. Er is er ook maar eentje en daar willen ze zoveel mogelijk mensen in stoppen. Op de 20e verdieping is een restaurant. Hier kun je vanachter glas het uitzicht bewonderen. Of natuurlijk een hapje eten of iets drinken.
Met een trap ga je nog een verdieping hoger, naar het observatiedek. Hier kun je rondwandelen, zodat je een 360 graden uitzicht hebt. Er is geen glas, maar natuurlijk wel een omheining, zodat er niemand afpleurt. Er zijn van die verrekijkers en om de zoveel meter kijkvensters, waar ook mooi de lens van mijn camera doorheen past. Of je klimt op het verhoginkje, dat vrij van de kant staat en een onbelemmerd uitzicht biedt.
De A’DAM Toren staat er eigenlijk al heel lang. Het werd gebouwd voor de Shell en opende in 1971. Het wordt daarom ook wel de Shell-toren genoemd. De officiële naam was echter “Toren Overhoeks”, omdat hij diagonaal op het IJ staat. Overhoeks dus. Tot 2009 was het de thuisbasis van de oliemaatschappij. Daarna werd het gerenoveerd en omgetoverd tot een iconische en multifunctionele toren. Nu vind je er kantoren, cafés, restaurants, een hotel, een uitkijkpunt en een ronddraaiend restaurant.
Op dat uitkijkpunt zijn wij dus. Aan een kant staan de schommels opgesteld. We kijken even hoe dat gaat. Er zijn er drie naast elkaar, voor elke staat een klein rijtje. Je zit er maar een paar minuten in, dus je bent best snel aan de beurt. Als je goed zit, gaat de schommel omhoog en naar voren, richting rand. En dan kun je schommelen. Verder is er nog een rooftop bar en mocht je de “I amsterdam”-letters erg missen, dan is hier een kleine variant te vinden.
Als we klaar zijn met genieten van het uitzicht, nemen we weer een volgepropte lift naar beneden. We wandelen naar de kade en gaan met het pontje terug naar de overkant. Het is inmiddels etenstijd. We hebben ons een maaltijd bij Loetje beloofd, tegenover het centraal station. Dit filiaal heet dan ook “Loetje Centraal”. Bij Loetje hebben ze als het goed is de beste biefstuk. We hebben niet gereserveerd, want dat hoeft hier niet volgens de website. Ze zeggen dat je altijd een tafeltje hebt. Soms moet je even wachten, zoals wij.
Er wordt gezegd twintig minuten, maar volgens mij waren het er hooguit tien. Net genoeg tijd om alvast een drankje te bestellen aan de bar. Andy bestelt de biefstuk ossenhaas “Bali”. Ik hou niet zo van biefstuk, dus neem ik de tonijnsteak. Omdat er verder helemaal niks bij zit, bestellen we nog een salade, frietjes en brood. De steaks zijn heerlijk. Maar doordat je de rest er los bij moet bestellen, is het wel een dure aangelegenheid. We zijn dan ook 65 euro armer als we gaan. En of het dat nou waard was…
We besluiten onze maaltijd er weer een beetje af te lopen en wandelen over het Damrak richting de Dam. Aan de ene kant van de haven liggen legio rondvaartboten. Aan de overkant zie je de prachtige smalle grachtenpandjes. Een stukje verder, voorbij het water, staat de imposante Beurs van Berlage. Vroeger het beursgebouw van Amsterdam, nu een conferentiecentrum en rijksmonument.
We komen langs de Bijenkorf, dat al sinds 1912 aan de Dam staat. Daar was het tijdelijk naartoe verhuisd, vanwege de verbouwing van de oorspronkelijke locatie aan de Nieuwendijk. Hier vervijfvoudigde de omzet, dus de keuze om op deze locatie te blijven was snel gemaakt. Andy herinnert zich nog dat hij hier met zijn oma naartoe ging. Je kon vanaf de bovenste verdieping helemaal naar beneden kijken. Best indrukwekkend als je een klein jongetje bent.
Op de Dam zelf zien we een bankje. Daar kunnen we mooi een tijdje mensen kijken. En het Koninklijk Paleis bewonderen. Dit is het ontvangstpaleis van de koning, waar hij buitenlandse staatshoofden ontvangt. Die mogen er ook blijven pitten. En natuurlijk is er het balkon, waar Willem en Maxima elkaar zoenden op hun trouwdag. Ook de troonwisseling, van Beatrix naar haar zoon Willem-Alexander, werd bezegeld met een balkonscène.
Op het plein zelf is een straatartiest bezig. Hij heeft een flinke kring met toeschouwers om zich heen. Blijkbaar doet hij het leuk, het publiek reageert enthousiast. Als het is afgelopen, steken wij het plein over naar het tramstation achter het paleis. Het is bijna acht uur, we vinden het wel mooi geweest voor vandaag. We nemen tram 17 naar de Rozengracht en stappen daar over op lijn 19, terug naar station Sloterdijk.
Terug bij het eindpunt ga ik de uitrijkaart regelen. Om het P+R-tarief te krijgen, moet je eerst je inrijkaart in de automaat doen. Dan je OV-kaart scannen. Daaruit moet blijken dat je vanuit de zone “Centrum” bent gekomen. Want dat is immers het doel van deze P+R. Niet dat je in de buurt woont en hier lekker goedkoop parkeert. Daarna betaal je 1 euro voor de hele dag parkeren. Heb je niet het laatst in het centrum ingecheckt, dan betaal je het normale tarief van Q-Park.
Terwijl ik bezig ben, vraagt naast mij een Duitse meneer om hulp. Hij is zijn inrijkaart kwijt en weet niet wat hij nu moet doen om uit te rijden. Hij heeft wel zijn OV-kaartjes – voor zijn gezin van 4. Maar ja, hoe komt hij er nu uit? Er staat een telefoonnummer op de machine, dus ik bied aan te bellen. Ik spreek immers Nederlands. Ik leg het verhaal uit. De enige optie is op “vergeten kaart” te klikken en niet te schrikken. Schrikken? Ja, want de verloren kaart kost 75 euro. Te laat, de Duitser is al geschrokken. Dat is ook een exorbitant hoog bedrag, als het anders een euro is.
Ik vraag me hardop af hoe snel de slagboom bij het uitrijden weer naar beneden gaat. Als daar vertraging in zit, kan hij snel achter ons aanrijden. We kijken naar de volgende wegrijdende auto. Nee, gaat te snel. Maar de Duitse meneer wordt inventief: hij denkt dat hij misschien de boom omhoog kan houden. Dus bij de volgende auto trekt hij een sprintje en houdt de boom tegen. Die blijft inderdaad omhoog staan. Hij rijdt er snel met zijn auto doorheen. Zo, ook weer opgelost.
Kunnen wij rustig terug naar Amstelveen rijden. We zijn net binnen als de eigenaar aanklopt. Hij heeft twee Delftsblauwe klompjes als souvenir voor ons. En of we misschien een blokje kaas lusten? Nou, wat aardig en wat lekker! Er wordt een schaaltje gebracht, de mosterd ligt in de koelkast. Het lawaai van vliegtuigen lijkt nu wel mee te vallen. En om elf uur scheiden ze er weer mee uit. Wij ook; we gaan lekker slapen!
Middenin de nacht schrik ik wakker van een harde bons, gevolgd door een harde vloek. Andy is uit bed gevallen. De bovenste matras hoort niet echt bij de onderste en is gaan schuiven. Met Andy en al, richting grond. Als de boel weer recht gelegd is, draaien we ons om en slapen verder. Tot zeven uur, dan worden we weer gewekt door een overkomend vliegtuig. Ze gaan op zondag niet zo frequent als op zaterdag, maar ze gaan wel. We zijn daardoor alweer vroeg klaar.
We nemen afscheid van Dick en rijden naar de andere kant van Amstelveen. Daar woont Tante Hetty, Andy’s peettante. Tante Het is pas 89 geworden, een respectabele leeftijd. Ze woont in de aanleun en het is altijd gezellig bij d’r. We halen onderweg bij een supermarkt taartjes voor bij de koffie en kletsen gezellig bij. Daarna maken we een trip back to memory lane. Ik vertelde immers dat we allebei in Amsterdam zijn geboren.
Ik ben over het IJ geboren, in de Stompetorenstraat in Amsterdam Noord. Nou ja, ik kwam in het ZAN ter wereld, Ziekenhuis Amsterdam Noord. Maar zodra ik naar huis mocht, was dat hier. Ik weet alleen niet meer op welk huisnummer we woonden. Ik dacht zeven, maar ik dacht ook dat we in het hofje woonden. Dat herinner ik me tenminste van de latere bezoekjes aan de oude buren. Hier is alleen niet nr. 7. Nou ja, dan maak ik van allebei een foto, voor de zekerheid.
Andy heeft langer in Amsterdam gewoond. Hij werd geboren in het Onze Lieve Vrouwe Gasthuis. Dat bestaat nog steeds. Na het ziekenhuis ging hij naar de Kennedylaan, maar dat herinnert hij zich niet. Dus gaan we naar de straat die hij zich wel herinnert, de Orteliuskade. Daar woonde hij tot zijn 8e, tot zijn moeder overleed. De Orteliuskade ligt vlakbij het Mercatorplein en tegenover het grote Rembrandtpark.
Terwijl ik foto’s loop te maken, word ik aangesproken door een stelletje dat hier woont. Ik vertel van onze trip back to memory lane. Ze zijn benieuwd of er veel veranderd is, sinds Andy hier woonde. Tja, dat moeten ze aan Andy vragen, dus die roepen we er even bij. We kletsen een tijd en wisselen ervaringen uit. Wat er in elk geval veranderd is, is het park. Daar kon je in Andy’s tijd overheen kijken. Nu staan er volwassen bomen, het park is de hoogte in gegaan.
We nemen afscheid van het stelletje en rijden naar Amsterdam Oost, naar de Dulongstraat in de wijk Watergraafsmeer. Nadat zijn moeder overleed in 1967, gingen Andy en zijn zusje hier bij hun oma wonen. Ook hier veel herinneringen, bijvoorbeeld dat hij aan oma een ochtendjas en een pijp vroeg, om vadertje-moedertje te spelen in de zandbak.
Dan is het tijd om naar huis te gaan en nog even na te genieten van een erg leuk weekend. Hoewel Amsterdam enorm druk en toeristisch is, vind ik het een prachtige stad. Stiekem ben ik toch wel een beetje trots op mijn geboortestad!