Stedentrip Beijing, China

Beijing. Of Peking. Wat is het nou? Dat is niet helemaal duidelijk. Hier in Nederland zijn we helemaal gewend aan Peking. Maar steeds vaker hoor je “Beijing”. Het zou iets te maken hebben met de vertaling vanuit het pinyin. Pinyin is de vertaling van die grappige Chinese tekeningen, die ze “taal” noemen. Zodat je er nog iets van chocola van kunt maken. In pinyin wordt de naam van de hoofdstad van China vertaald als “Běijīng”. En als je de uitspraak hoort, klinkt dat meer als “Beijing” dan als “Peking”. Ik hou het bij Beijing, in elk geval. Want zeg je “Peking”, hoor je “eend”…

Tot zover de categorie “Je kan je maar ergens druk om maken”.

Beijing. Wat een vreselijke stad. Tenminste, dat was onze indruk toen we er met de trein aankwamen. Komt omdat het treinstation ontzettend smerig was. Door straatvuil en zwervers. En de lucht van pis die er hing. En door de snorders, die bijna agressief proberen je in een illegale taxi te krijgen. Was dit onze eerste kennismaking met China geweest, waren we waarschijnlijk weer omgedraaid. In tweede instantie vinden we het ook geen fijne stad. Er hangt geen prettige sfeer, zoals die er wel in Shanghai en Hong Kong is. Hier voel je je echt de wandelende portemonnee. Iedereen wil je iets aansmeren. Tours, excursies, taxi, troep. Tel daar bij op dat de gemiddelde Chinees niet al te sympathiek is en je hebt een vreselijke stad.

Links laten liggen dan maar? Nee joh, ben je gek! Als je in China bent, dan wil je toch echt de Chinese Muur zien. En het Plein van de Hemelse Vrede. En de Verboden Stad. En het gekke eten in Snack Street. En het Zomerpaleis. En alle andere dingen die je herkent van tv. Dat doet je meteen weer vergeten wat een nare stad Beijing is.

Benieuwd hoe wij het hebben ervaren? En hoe het was om op De Muur te staan? U leest het in het reisverslag en ziet het op de foto’s!


Reacties zijn gesloten.